dinsdag, april 16, 2024
HomeRedactioneelInterviews algemeenJan Vos (71): ,,Toen ik voetbalde bestonden er nog geen gele en...

Jan Vos (71): ,,Toen ik voetbalde bestonden er nog geen gele en rode kaarten”

-

De eerste wedstrijd die hij voor de radio versloeg was RCL tegen UVS. De in Leiderdorp wonende voetbalverslaggever Jan Vos, de ‘held’ in dit artikel, weet het nog precies. ,,Het was op 1 augustus 1992, een oefenwedstrijd.  Bij RCL speelden mannen als Marcel Brasker, Erwin en Ronald Nieuwenhuizen en Michel Plomp. Bij UVS de gelouterde Paul van der Blom, Hans van Leeuwen, zoon van de voorzitter en notaris Bart en later trainer, Arthur van Orssagen en Jack Honsbeek.  De trainers weet hij ook. Jan Kroese (RCL) en Gerard Désar (UVS). Jan Volwater vlagde namens RCL (“Altijd goed voor een punt of zes per seizoen”) en de legendarische Rinus Rijnsburger was elftalleider. RCL won met 5-1. En dan wil Jan onverdroten en in volle vaart naar de mijlpaal in zijn carrière als verslaggever/journalist: september 2014, zijn 400ste radioverslag. Maar ho, stop even: hier moet de interviewer affluiten. Time out.

Jan Vos, zoals men hem kent in Leiderdorp, Rijn-, Duin- en Bollenstreek: een aimable en bovenal kundige verslaggever, foto Ton de Vrind
Jan Vos, zoals men hem kent in Leiderdorp, Rijn-, Duin- en Bollenstreek: een aimable en bovenal kundige verslaggever, foto Ton de Vrind

Jan Vos, iedereen in Leiden, de Rijn-, Duin- en Bollenstreek die regelmatig op zaterdag en zondag een voetbalwedstrijd op het menu heeft staan, of aan de radio gekluisterd sportprogramma’s volgt, kent deze markante man, met de direct herkenbare stem en de martiale snor. Hoewel rustig van aard en optreden, toch altijd en overal direct aanwezig, door zijn bijna 1 meter 90.

Wie is Jan Vos? Vanwaar zijn liefde voor het voetbal? Waarom zijn voorkeur om die passie via de radio en de krant uit te dragen?  Jan Vos vertelt. En hoe! Afkomstig uit een door en door gereformeerd gezin, waar lachen – leek wel – verboden, genieten een scheldwoord en sporten een doodzonde was,  is de in Den Haag geboren en getogen en sinds begin jaren ’90 van de vorige eeuw via via in Leiderdorp wonende Jan Vos als actief voetballer ‘een late roeping’. Pas op zijn 18e sluit hij zich aan bij de Voorburgse voetbalvereniging Door En Voor Jongens Opgericht (DEVJO), inmiddels beter bekend als Forum Sport.

Natuurlijk heeft hij zich als puber danig verzet tegen het strenge regime van op zondag drie maal ter kerke gaan – inclusief Zondagschool -, op zaterdagavond voorafgegaan door een noodzakelijk geachte voorbereiding  op de kerkgang. Hoe? Stiekem bezocht hij wedstrijden van VUC, met de kale Bertus de Harder en diens broer Karel als de iconen van de club. Bij Scheveningen Holland Sport (SHS), waar de veel te kostbare huishouding werd gefinancierd door de schatrijke Luc Kroesemeijer, die handelde in lompen en metalen. Met spelers als Jan Boskamp, Hans Dorjee en Mick Clavan, en trainer Cor van der Hart. Daar stond Wim Landman op doel. Volgens Jan Vos ‘een van de beste keepers uit de Nederlandse voetbalhistorie’, die ooit over een hek op Houtrust moest klimmen omdat alle uitgangen gesloten waren, met zijn ring bleef haken aan een spijl en zijn vinger verloor. Einde carrière van een veelbelovende loopbaan.

Landman, altijd geheel in het zwart gekleed, raakte later in de merode en koos er zelf voor om voortijdig van de aardbol te verdwijnen. Triest. Voetbal fascineerde Vos, vooral voetballers ’s avonds te zien spelen. ,,VUC was de enige Haagse vereniging met kunstlicht.”

Vriendjes kochten bij AMROH een bouwpakket en knutselden een kristalontvanger in elkaar. Te kostbaar voor Jan. Hij had een piepkleine ‘buizenradio’ gescoord (“Vraag mij niet hoe”) en luisterde  – onder de dekens – op zaterdagavond naar Dorus en rilde van spanning wanneer ‘Sprong in het heelal’ werd uitgezonden, een sciencefiction-hoorspel in acht episodes, vertaald door P.R.O.Peller en geregisseerd door Léon Povel. Op zondagmiddag, rond half vijf luisterde hij naar AVRO’s Sportrevue met Tom Schreurs, noteerde de voetbaluitslagen en bekeek de standen en doelpunten voor/tegen  tijdens de veel te lange preek van de dominee. Jan veert op en toetert de ‘tune’ van het populaire radioprogramma. Radio Luxemburg op 208 m beluistert hij, en Chris – ‘Fraulein’ – Howland via de draadomroep.

Trekken en duwen

Op 16-jarige leeftijd wist hij zich te ontworstelen aan het beklemmende milieu van boete, schuld en schaamte, Jan tekende voor zes jaar in het leger. ,,Ik wist wat ik wilde worden: boordwerktuigkundige, en de wijde wereld in”, vertelt hij.

,,De militaire dienst heb ik als een openbaring ervaren, ik ging een geheel nieuwe wereld binnen. Maar de opleiding die ik kreeg bleek niets met boordwerktuigkunde te maken te hebben. Ik ben voor de gek gehouden. Ik werd Radio Radar Monteur. Niet gek natuurlijk, maar het had niets met mijn ambities te maken.”

Bij DEVJO speelde hij de teleurstelling van zich af. Van zijn techniek moest Jan het niet hebben, wel van zijn conditie en  felheid. Jan Brand, de conditietrainer van SHS, dirigeerde zijn manschappen richting de kilometerslange Scheveningseweg en liet ze daar intervallen en duurlopen dat het hun ‘zwart voor de ogen’ werd. ,,In wedstrijden bleef ik gaan, als de brandweer, niet te stuiten. Niemand kwam deze rechterverdediger voorbij.” Op een dag echter werd Jan gedold in een wedstrijd tegen DSVP. Het werd een potje trekken en duwen. ,,Ik stond toen laatste man. Op het moment dat de inmiddels getergde speler mij eindelijk voorbij ging, sleurde ik aan zijn shirt en haalde hem onderuit. Woedend was hij en rende mij achterna. Ik niet gek, ik  ging doodleuk bij de scheidsrechter staan. De DSVP-er moest er uit. Gele en rode kaarten bestonden toen nog niet.”

In zijn diensttijd speelde Jan in een militair team, Dummy United Football, met daarin namen als Hans Snoek, die later voetbalmakelaar is geworden en Bas van Rijn die bij HBS furore maakte. Jan stond tegenover Theo Timmermans, ooit een ADO-voetbalvedette van naam en faam. ,,Tegen wie wij speelden, weet ik echt niet meer. Wat ik wel weet is, dat Theo aanmerkelijk dikker was geworden. ‘Een eitje’, dacht ik. Niks daarvan. Lopen kon Theo niet meer, maar een techniek die hij had. Ik had geen schijn van kans tegen hem.”

Hak op tak

De voetbalverslaggever maakt een zijsprongetje, staat op en laat foto’s zien van zijn opa en oma. ,,Ze hadden een winkel in de Leidse Groenesteeg”, zegt hij. ,,Hun nering stond bekend als Het Goedkope Klompenhuis . Ze verkochten daarnaast ook koffie, thee, kaas en koekjes. Leuk hè!”

Springend van hak op tak (“Kun je het bijhouden, Cees?”) verhaalt hij smakelijk over zijn voorkeur voor jazzmuziek: ,,Den Haag, mijn geboortegrond, is de bakermat van de Nederlandse jazz. Aan het Gevers Deynootplein speelde Pia Beck in De Vliegende Hollander. Daar keken wij jochies naar binnen en werden ‘Scheveningse maatjes’ genoemd. Even verder had je het Palais de Danse, waar Eric Krans en zijn Dixieland Pipers elk weekend een vast publiek trok. In de Berenbak kwamen grote Amerikaanse musici optreden, in hun eigen land was de muzikale spoeling erg dun.”

De vader van Jan werkte in de jaren ’30 in Indië, trouwde met de handschoen en kwam voor de Tweede Wereldoorlog terug naar Nederland, waar hij een ‘dikke baan’ kreeg bij de Nederlanden van 1845, een verzekeringsmaatschappij.

En Jan, een jochie, schuimde met zijn makkers de straten af, jatte bokkingen in Scheveningen, gooide daar de kabels van vissersboten los en kon natuurlijk veel harder lopen dan die visserslui, die ‘de belhamels’ wel eens een lesje zouden leren.

Wat hem van de zes jaar diensttijd nog helder voor de geest staat is het exercitiepeloton waar Jan deel van uitmaakte. Met dit ‘spookpeloton’ nam hij deel aan een NAVO Taptoe. ,,Dan werden we enorm gedrild. Vond ik niet verkeerd, dat was drillen met een doel.”

Alle verslagen van wedstrijden die Jan Vos voor de krant schreef zijn terug te vinden in plakboeken, je reinste naslagwerken.  400 Radioverslagen staan tot gedetailleerd in schriften
Alle verslagen van wedstrijden die Jan Vos voor de krant schreef zijn terug te vinden in plakboeken, je reinste naslagwerken. 400 Radioverslagen staan  gedetailleerd in schriften

Gebroken been

Vos’ prestaties op de groene mat waren voor Studio Sport of Langs de lijn geen aanleiding om er verslag van te doen. Ja, Jan droeg na DEVJO de clubkleuren van ZCFC Zaandam en CSV Apeldoorn. Deze transfers hadden niet met geld te maken, alles met de voorspoedige ontwikkeling van zijn maatschappelijke carrière. De MULO-leerling had namelijk ’s avonds gestudeerd en zag zijn noeste arbeid triomfantelijk bekroond: Jan Vos, ingenieur. “Ing, hè, geen ir.,” merkt hij bescheiden op.

Hij stortte zich op het ontwikkelingen van hardware, waar de software later razendsnel op kon draaien. Vervolgens werd hij projectleider, begeleidde bouwbureaus bij grote projecten, onder meer in het toenmalige ‘grote ziekenhuis’ in Leiden, thans LUMC en werkte voor Philips. Bij het VU Ziekenhuis te Amsterdam sloot Jan zijn interessante loopbaan aan.

,,In Zaandam kochten wij ons eerste eigen huis, te midden van de Zaankanters voelden wij ons senang.” Bij ZCFC wisselde hij regelmatig van positie. Afhankelijk van de tegenstander stond Jan spits of stofzuigerde hij op het middenveld.

Hij nam zitting in het bestuur en ging wedstrijdverslagen maken voor De Zaanlander, Jans eerste periode in de wereld van de journalistiek. Op de redactie schreef hij zijn verhalen en ontmoette mannen die later doorstroomden naar de sportredactie van De Telegraaf. Zijn eerste verslag? Vos haalt er een dik schrift (met hard kaft) bij. ,,Alle wedstrijden die ik voor de krant of de radio heb verslagen staan hierin”, klinkt het enigszins trots. ,,Dit is een logboek van onschatbare waarde, voor mij. Ik haal er ditjes en datjes uit, die ik nu verwerk  in mijn reportages voor de radio.”

Voorbeeld: Het eerste verslag voor De Zaanlander is gedateerd 20 september 1987. SVA Assendelft tegen Victorie Obdam. De thuisclub wint met 1-0 door een vrije trap (“Door de muur”) van Jan Boetgen. ,,In de 51ste minuut,” completeert hij. Wel behoorlijk lange verslagen, Jan. ,,Klopt, ik werd per woord betaald, haha.” Bij De Zaanlander is Peter ‘Beukie’ Beudeker de eindredacteur sport. ,,Hem kwam ik later weer als scheidsrechter tegen bij Quick Boys en Katwijk.”

Op een ongelukkige zondag verdraait Jan zijn been, hij hoort ‘krak’, hinkt het veld af en houdt de pijnlijke poot onder de koude kraan. Later blijkt hij zijn been te hebben gebroken.

,,Weet je wat ik zo erg vond? Nee? Dat ik niet per brancard van het veld werd gedragen. Dát had ik mooi gevonden.”

De dag na deze onfortuinlijke misstap zou Jan voor Philips het servicecentrum in Amsterdam gaan leiden. Goede raad bleek niet duur deze keer. Hij laat zich met de auto naar Amsterdam brengen en begint in een rolstoel vol goede moed aan de nieuwe uitdaging. ,,Door sport mag je – vind ik – nooit een dag op je werk missen.” Over arbeidsethos gesproken.

Naar Leiderdorp

Voor het Zaanse hoofdstuk in zijn leven, woonde en werkte Jan in Apeldoorn. Ook voor Philips. Hij voetbalde in het vierde elftal bij CSV Apeldoorn en had de ambitie over hogerop te klimmen. ,,Ik wilde beter worden”, klinkt het inmiddels overbodig. Daar scheurde hij zijn meniscus. Het einde van ambitieuze aspiraties, volledig gecompenseerd door de geboorte van Barbara, een wolk van een dochter.

Toen Philips hem een kansrijke job in Den Haag aanbood, vroeg Jan om verhuizing, dichter bij de zaak. Het werd Leiderdorp.

Hij vraagt aan het Leidsch Dagblad en de Leidse Courant of ze gebruik willen maken van zijn journalistieke kwaliteiten. De Leidse Courant, aan de Apothekersdijk, lijft hem onmiddellijk in. Het eerste wedstrijdverslag prijkt in de krant van 12 mei 1991. FC Lisse tegen ROAC. Een week later: LFC-ROAC. Bij de Boshuizerkadeclub is Henny Beerenfenger de trainer.

Een voortzetting van zijn eerste journalistieke periode. Hobby of bijverdienste? ,,Een combinatie”, klinkt het eerlijk, ,,ik vond het leuk om te doen en de geldelijke vergoeding vond ik ook niet vervelend.” Weer wordt hij per woord betaald. In 1992 wordt de Leidse Courant opgeheven. Eerder sneuvelen de Nieuwe Leidsche Courant en de Leidse editie van Het Vrije Volk. Einde van Jans journalistieke uitstapje?

Radio

Begin jaren ’90 maakt Jan kennis met het medium radio, Radio Leiderdorp, ontmoet Jaap van Sandijk en Nick van Vuuren, die de zender leiden en hoort dat er gewerkt wordt aan een sportprogramma.

,,In die tijd is er nog niets, dat enigszins lijkt op zendapparatuur,” herinnert Jan zich. ,,Het was de bedoeling dat ik RCL zou gaan volgen. Maar hoe?” Daar komt hij snel achter. Thuis spreekt hij een cassettebandje in, dat een dag later wordt uitgezonden.

Hij verslaat – of beter gezegd: nabeschouwd – de oefenwedstrijden van de Leiderdorpse roodwitten tegen UVS, Leiden, Voorschoten en Lugdunum. De oefenwedstrijd RCL – Feyenoord 2 kan in augustus 1992 ‘live’ de lucht in. Hoewel… het wordt een drama: In de radiokamer zou een aansluiting zijn. Een van de mannen van de RCL-familie, Ederveen, zou daar voor zorgen. Niet dus. Ten einde raad snelt Jan naar het honk van de supportersvereniging, springt op de tafel , opent het bovenlicht en heeft zicht op het veld. ‘Telefoon, snel een telefoon’, roept hij gebiedend. Met de telefoon meer dan negentig minuten aan het oor laat hij luisterend Leiderdorp meegenieten van een spectaculaire ontmoeting. Ook wordt er een wedstrijd gevolgd via een haspel van meer dan honderd meter en een gewone telefoon. ,,Het uitrollen was niet zo’n probleem, maar het weer oprollen aanmerkelijk moeilijker”, weet Jan.

Kort daarna verloopt de techniek ‘soepeler’ via een loodzware autotelefoon met reuze accu, met een vermogen voor een half uur uitzending. Via deze autotelefoon wordt op 19 september 1992 de eerste competitiewedstrijd verslagen: RCL – Zwaluwen Vlaardingen, 2-0, met doelpunten van Edwin Grootendorst en Remco Visser.

Jan verslaat 150 wedstrijden van RCL, uit en thuis. In die tijd begint zijn tweede schrijfperiode. Ronald Veeren vraagt hem sportredacteur te worden en de ontmoetingen van RCL voor het Leiderdorps Weekblad te verslaan.

‘Twee vliegen in een klap’, denkt Jan. Dat klopt ook. Maar zijn werk voor de krant wordt niet gehonoreerd. Geen rooie cent krijgt Jan er voor.

Na drie jaar stapt hij over naar het Leids Nieuwsblad dat hem een onkostenvergoeding aanbiedt. De gespecificeerde nota’s worden op naam van ‘Jan Gerrits’ ingediend (“En betaald”). Jan maakt gebruikt van een pseudoniem om problemen met de belasting te voorkomen. Slim.

Hij is het hele weekend op het voetbalveld te vinden. Op zaterdag voornamelijk bij RCL en op zondag afwisselend bij Roodenburg en Lugdunum. Moeder de vrouw is daar niet altijd even gelukkig mee. ,,Maar het is zijn lust en zijn leven, laat hem maar”, zegt zij. In gewone mensentaal heet dat ‘liefde’.

De grote overstap

Begin 1999 krijgt Jan een eervol telefoontje, dat zijn radioleven danig zal veranderen. ,,Met Krijn Schuytemaker, ik ben van VLOK, wij maken radio. Ik wil met je praten.” Jan vraagt: ,,Waarover?” Krijn:  ,,Of jij de wedstrijden van Katwijk en Quick Boys voor onze omroep wil verslaan.” Jan: ,,Poeh poeh, je hoort van me.”

‘Dat is andere koek dan RCL’, schijnt Jan toen gemompeld te hebben. Hij denkt na en overlegt met het thuisfront. Het gaat lekker bij Radio Leiderdorp, waar hij programma’s maakt als Autowijs en Bedrijfswijzer, een column schrijft en spreekt tijdens de gemeenteraadsvergaderingen en ook veel sport doet.

Hij hakt de knoop door, belt Schuytemaker van VLOK (het huidige RTV Katwijk), zegt ‘ja, ik doe het’: ,,Maar ik wil eerst een paar wedstrijden als proef doen.” De mannen van Radio Leiderdorp vinden het spijtig dat Jan vertrekt, maar begrijpen en gunnen hem de overstap. Jan verslaat op 13 februari 1999 de wedstrijd Rijnsburgse Boys – Quick Boys (2-1) en op 9 maart de ontmoeting Quick Boys tegen de amateurs van ADO.

Jan Vos bezocht menige wedstrijd van Holland Sport.
Jan Vos bezocht menige wedstrijd van Holland Sport.

Hoe verder?

De korte ‘verkering’ wordt een heuse ‘verloving’ en sinds 14 augustus 1999 (Quick Boys ontmoet ASWH) wordt het ‘huwelijk’ gesloten. Met – hiep hiep hoera – Jans 400ste wedstrijdverslag op 23 september 2014. Rijnsburgse Boys – Sparta Nijkerk(0-3). ,,Een rampwedstrijd, er werd abominabel gespeeld en er waren technische problemen. Ik had mijn jubileum heel anders voorgesteld.”

Wie goed heeft meegerekend weet nu dat Jan 22 jaar radio-ervaring in de rugzak heeft. Is het werken voor de radio routine geworden? ,,Beslist niet. Iedere wedstrijd is weer anders. Bovendien ben ik niet iemand die op de wind van gisteren zeilt.” Een mooie metafoor voor: gisteren is geweest, vandaag wordt er weer een prestatie verwacht. Iedere wedstrijd bereidt Jan terdege voor. Jan wil vertellen wat hij ziet. ,,Moeilijker is het niet.” En hij neemt de schriften met harde kaft weer – bijna koesterend – in de hand.

Hoe bereidt de doorgewinterde verslaggever zich voor op een wedstrijd? Jan gaat er even voor zitten en zegt dan: ,,Ruim een uur voor de aftrap ben ik present. Ik moet er voor zorgen dat de apparatuur in orde is en de verbinding met de studio vlekkeloos. Ik stel mijn spullen op en proef intussen de sfeer. Wanneer alles opgesteld staat, ga ik zitten en steek een sigaartje op. Welk merk? Doet er niet toe, als het maar brandt. Ik voel dan in mijn borstzak. Ja hoor, daar zitten drie pennen. Da’s ook vast pandoer.”

De ontvangst – ook bij deze grote clubs, FC Rijnvogels uitgezonderd – valt Jan niet helemaal mee. Hij en zijn collega’s worden in de persruimte gestald, voor en na de wedstrijd. Dat is hun plek. Maar Jan wil juist met bestuur en sponsors praten, vragen stellen en interessante ontwikkelingen en nieuwtjes horen, ook ‘off the record’. ,,Uitgesloten is dat. Heel jammer.”

Of Jan ook het volgend en het daarop volgende seizoen zijn gebronsde stem de ether instuurt weet hij nog niet. ,,Natuurlijk maak ik het seizoen af, maar daarna…. Je moet jezelf de vraag durven stellen of je niet te oud bent of te oud wordt. De houdbaarheidsdatum hè, overal zie je jonge gasten. Begrijp je?” Of zijn luisterschare Jans met sonore stem verslaggeving kan of wil missen… is de vraag. Bij RTV Katwijk kent men het antwoord al: NEE!

Wanneer er na dik drie uur afscheid wordt genomen, zegt Jan: ,,We hebben heel veel overhoop gehaald; hoe veel ruimte heb je voor dit interview.” Veel, maar nooit genoeg.

 

Note red: Jan Vos is sinds enkele maanden ook verbonden aan de website Leidenamateurvoetbal.nl

Must Read