In de tweede klasse C van het zondagvoetbal bevindt ASC zich al vanaf het begin van het seizoen in de gevarenzone. Op tweede paasdag ontmoeten de roodzwarten het eveneens voor lijfsbehoud strijdende RVC’33 op sportpark Overveer. Routinier Ralph van Zandwijk is hoopvol gestemd.
,,Na onze promotie in 2019 is dit nu het eerste seizoen dat volledig zal worden afgerond. Er zijn in onze klasse een paar ploegen die er wat mij betreft bovenuit steken. Dat zijn HBC en DONK. Tegen alle andere teams zijn we zeker niet kansloos. We kunnen meestal best leuk spelen en in de wedstrijd goed meekomen, maar ons probleem is dat we niet over een paar makkelijk scorende spitsen beschikken. En alhoewel de resultaten tegenvallen is het toch best een mooie competitie. Desondanks vind ik het leuk dat onze vereniging besloten heeft om vanaf volgend seizoen op zaterdag te gaan spelen. Je komt dan meer ploegen uit de eigen regio tegen. Als we ons op dit niveau zouden kunnen handhaven betekent dat onder meer wedstrijden tegen DoCoS, RCL en UVS. Alhoewel…UVS zal dan wel gepromoveerd zijn”, vertelt de 34-jarige Van Zandwijk.
Met negen punten uit zestien duels bezet ASC op dit moment de elfde plek. Zeven van die punten behaalden de Oegstgeestenaren in drie opeenvolgende wedstrijden. In de laatste weken van februari klopten zij Schoten en ESTO, waarna er bij EMM’21 nog een puntje werd gesprokkeld. ,,Voor de winterstop speelden we 4-3-3. Langzamerhand werd echter duidelijk dat dat systeem ons niet zo lag, vooral omdat we niet over echte vleugelspitsen beschikten. Tijdens de onderbreking hebben we toen een flink aantal oefenwedstrijden gespeeld, waarbij we 4-4-2 hanteerden. En dat pakte goed uit. In de competitie ging het daarna een paar wedstrijden ook lekker. We hoopten die flow ook door te trekken, maar helaas liep-ie snel ten einde. De wedstrijden erna verloren we, alhoewel dat niet steeds nodig was. Alleen tegen Bloemendaal waren we met 6-0 kansloos. Afgelopen zondag waren we tegen DIOS ook minimaal gelijkwaardig. Wij gingen bij 3-2 op jacht naar de gelijkmaker, maar toen profiteerden zij van de geboden ruimte en werd het 4-2.”
Zo stond ASC voor de vijfde achtereenvolgende keer na afloop met lege handen. Pluspunt voor Van Zandwijk was dat hij voor beide Oegstgeestse treffers tekende. ,,Dat waren mijn eerste twee goals in dit seizoen. In voorgaande jaren was ik altijd wel goed voor een doelpunt of acht, maar in deze competitie wilde het nog echt niet lukken.”
De Leidenaar, in het dagelijks leven bedrijfsleider bij de Engelse pub North End in Leiden, is in de formatie van coach Jesper Neuteboom een vaste waarde op het middenveld. Hij gaat graag de duels aan, pendelt met genoegen van het ene strafschopgebied naar het andere en is met zijn 1.94 meter sterk in de lucht. ,,In het verleden stond ik vaak op tien, mijn favoriete plek. Maar nu speel ik links of rechts in de middenlinie. Ook goed.”
Of Van Zandwijk ook komend seizoen nog deel zal uitmaken van het vlaggenschip is de vraag. ,,Daar ben ik nog niet uit. Dat zal afhankelijk zijn van een aantal factoren, die onder andere met mijn werk te maken hebben. En alhoewel ik nog best fit ben wil ik het toch niet zo ver laten komen dat ik in het eerste speel en het eigenlijk niet kan bijbenen. Mochten wij ons handhaven en in de zaterdagse tweede klasse belanden zou dat ook wel weer een mooie uitdaging zijn. Hoe dan ook, ik heb met de trainer afgesproken dat ik aan het einde van dit seizoen een beslissing zal nemen.”
Zo ver is het echter nog lang niet. Eerst maar eens de resterende acht competitiepotjes afwerken dus. Te beginnen met het duel tegen RVC’33. Die ploeg verzamelde net als ASC negen punten uit zestien ontmoetingen en klopte de Oegstgeestenaren eind oktober in Reeuwijk met maar liefst 4-1. ,,Dat was onze slechtste wedstrijd van het seizoen”, herinnert Van Zandwijk zich. ,,Het is prettig dat we ze nu thuis ontvangen. De toestand van ons veld houdt niet over, dus ik verwacht dat er veel de lange bal zal worden gehanteerd en dat zij hetzelfde zullen doen. We moeten deze pot winnen en ik verwacht dat dat ook zal gebeuren. Wat zou het mooi zijn als we aan het einde van de rit op plek tien staan. Net veilig.”
