zaterdag, april 20, 2024
HomeUit de oude doosOude clubheldenWaarom werd Roodenburg in seizoen 1972-1973 geen landskampioen?

Waarom werd Roodenburg in seizoen 1972-1973 geen landskampioen?

-

   ‘Rijp en groen, oude glorie en gretig grut’

November 2022. Mini-reünie op Noord bij Roodenburg. Vier steunpilaren-van-toen blikken terug op het seizoen van 50 jaar geleden. De blauw-zwarten knokten zich in een zinderend seizoen naar de nacompetitie, de strijd om het landskampioenschap voor zondagamateurs van Nederland. Een historische prestatie, waaraan in 1968 alleen UVS (toen tegen DCG) mocht ruiken, en daarna nooit meer werd bereikt door een vlaggenschip van een Leidse voetbalvereniging. Drie sterren, Mat Keereweer, Aad de Groot en Hennie de Klerk, zijn aangeschoven, en Jan van Wezel, leider van het team, in een tijd dat leiderschap veel verder ging dan te zorgen voor een goed opgepompte bal en een kratje bier na de 90ste minuut.

Seizoen 1972-1973. Roodenburg wordt districtskampioen in de 1ste klasse en speelt nacompetitie om het amateurkampioenschap van Nederland. Staand vlnr: Jan van Wezel (elftalleider), Rob Brittijn, Hans Tisseur, Sam den Os, Cor Pennenburg, Mat Keereweer, Maarten van Kooperen, Hans Hannaart, Rinus Smits (trainer/verzorger); gehurkt vlnr: Aad de Groot Peter Ciere, Cees de Roode, Reinier Verkuylen, Hennie de Klerk, Peter Boom, Isaac Klinkhamer. Uitsluitend voor deze foto draagt Mat een voetbalshirt en niet zijn keepers kleding. Door een blessure werd Mat vervangen door Peter Boom. Tijdens de nacompetitie om het Nederlandse kampioenschap zondagamateurs verdedigde Mart drie van de vijf wedstrijden. Mat was de absolute nummer één doelman.

Met een zekere vertedering gaat een vergeeld, gekreukeld krantenknipsel van hand tot hand. Het vlaggenschip van Roodenburg dat een unieke resultaat heeft neergezet, het kampioenschap van het district. De mannen van trainer Rinus Smits kijken in de lens van de camera, alsof zij zelf nog niet kunnen geloven dat er een groter gebeuren aan de horizon wenkt. De nacompetitie om het amateurkampioenschap van Nederland. Rinus Smits is een tactisch vernuft, bovendien een fysiotherapeut met ‘handjes’ die zwaar belaste spieren in een mum van tijd speelklaar maakten, heilgymnast en toen al volop met voeding-voor-sporters bezig.

Klaar voor de mini-reünie. Vooraan: Hennie de Klerk, Mat Keereweer; staand Aad de Groot, Jan van Wezel. ‘Koffie,’ wordt er lachend geroepen.

‘Hij leerde ons hoe wij onze teennagels moesten knippen,’ weet Aad. ‘En verdomd, we hebben nooit meer op een verkeerde manier geknipt.’ Elftalleider Jan van Wezel is als een vader voor zijn jongens, een adviseur wiens goede raad ze maar al te graag opvolgen. Rinus en Jan zijn minstens zo belangrijk als de toreradoren, de acteurs die in het veld de met zorg uitgestippelde en tot in detail besproken opdrachten vlekkeloos moeten uitvoeren. ‘Kijk ‘ns,’ zegt Mat, ooit kozend Mattie genoemd, ‘ons elftal was een mooie mix van rijp en groen, oude  glorie en gretig grut.’

Zomaar een bladzijde uit het plakboek van Hennie de Kerk

Mooi gezegd door de latere trainer van onder meer De Sleutels, VWS, en Leidsche Boys. Het gestaalde kader bestond toen uit bikkelaars als Sam den Os, Cor Pennenburg en Peter Ciere. De mannen buigen zich over de groot formaat vellen stevig papier, waarop ontelbare knipsels getuigen van dat ‘gouden’ seizoen. ‘Dit is alleen van 1972-193,’ vertelt Hennie de Klerk, ‘thuis heb ik alles van mijn lange carrière in plakboeken bewaard.’  Dat moet – gezien Hennies vele jaren omspannende loopbaan als voetballer en trainer, een mega-verzameling zijn.

Ook de tegenslagen in seizoen 1972-1973, breed uitgemeten in de media, zijn terug te vinden in de knipselboeken.

Vijfduizend toeschouwers

De kampioenen van de in zes districten opgedeelde 1ste klasse zondagamateurs stonden in een halve competitie tegenover elkaar. CEC (Emmer Compascuum), Eilermark (Glanerbrug), Elinkwijk (Utrecht), Veritas (Neeritter), RBC (Roosendaal) en ‘ons’ Roodenburg. Inzet: het landskampioenschap, met als toetje  voor de winnaar: de ontmoeting om het algeheel landskampioenschap tegen de landskampioen van de zaterdagcompetitie. Het leek erop dat trainer Smits zijn pionnen strategisch op de juiste wijze had neergezet. De strijd leefde, het publiek kwam massaal naar Noord, wel 5000 belangstellenden.

Het kleine knipsel rechts vertelt met de uitslagen de weg naar het districtskampioenschap van 1972-1973.

De penningmeester glom van oor tot oor. Kaarten gingen in de voorverkoop grif van de hand. De entree 2 gulden (alle rangen), kinderen 75 cent, de clubkas werd nooit eerder zo gespekt. ‘Wij speelden uit tegen CEC, Eilermark en RBC,’ herinnert Jan van Wezel zich nog. ‘De eerste twee spreken niet direct tot de verbeelding.’ Daarheen reisde zelfs niet de meest fervente aanhanger van Roodenburg, in een door opa De Klerk ter beschikking gesteld busje. Maar selectie, technische staf, bestuur en dames stapten in de bus, een hele ervaring, er werd met volle teugen genoten van het sportieve samenzijn.

Het doek is gevallen. RBC is niet meer in te halen en wordt Nederlands kampioen zondagamateurs, met Roodenburg en Elinkwijk als 2de en Veritas op 3.

Kwamen in Leiden duizenden toeschouwers op deze wedstrijden af, in Roosendaal bij RBC kon er met 10.000 fans geen kip meer bij. ‘Een hele belevenis,’ vertelt Aad de Groot, die als 17-jarige zijn debuut in de hoofdmacht maakte. ‘Het voelde niet alsof ik toen voor de leeuwen werd gegooid,’ vervolgt Aad. ‘Ik kreeg het vertrouwen van de trainer, daar houd je je dan aan vast.’ Hij roemt de sfeer binnen de selectie: ‘Ik werd als vanzelfsprekend in de groep opgenomen, dat voelt lekker.’ Hennie de Klerk: ‘Aad is voor menigeen onbekend, dat is vreemd hoor. Aad is UEFA-international geweest.’ Hoho Hennie, daar komen we straks op terug.

Het affiche met de aankondiging van de wedstrijd Roodenburg-Veritas hangt trots tussen de foto’s van de sterren die Roodenburg in haar roemrijke geschiedenis heeft voortgebracht. Entree 2 gulden (alle rangen), kinderen 75 cent. Op de tribunes en langs de lijn: 5000 toeschouwers.

Sponsor Adler

Wat was de kracht van trainer Rinus Smits? ‘Discipline,’ klinkt het in koor, en door zijn aanpak en kennis had hij een natuurlijke overwicht. We praten over 45/50 jaar geleden, dat waren andere tijden. Er werd tegen trainers opgekeken, voor bestuursleden had je ontzag. Namen? Daan en Dick Bonnet, Nico ‘stille kracht’ Vogelenzang, Lau Zitman. Er wordt geknikt. Van Wezel: ‘De opstelling van het 1ste en 2e werd door de  trainer bepaald, vanaf het 3e kwam de elftalcommissie in beeld.’

Kees Vermunt, trainer van RBC, na het behalen van het kampioenschap op de schouders van spelers en publiek. Hij voetbalde van zijn 15de tot zijn 34ste in de hoofdmacht van RBC. Kees wordt een van de iconen van de Roosendaalse club genoemd. Naar hem werd in het sportpark waar hij triomfen vierde, een pad naar hem genoemd.

Begin jaren ’70 werd de eerste, grote sponsor binnengehaald. Adler, de typemachinefabrikant, gevestigd aan de Voorschoterweg. Jan van Wezel gaf daar leiding aan de afdeling Personeelszaken. Hij gaat er voor zitten: ‘Een concern van naam, hè, Adler, een Duits bedrijf, waar veel Leidenaars werkten, ook Roodenburgers. Op een dag zegt de directeur tegen mij dat hij wel een club wilde sponsoren. Dat was niet tegen dovemans oren gezegd. Ik bel voor overleg met voorzitter Henk Uiterdijk, een uurtje later leg ik een compleet plan neer, waar met ‘ja, doen we’ op wordt gereageerd.’

Aad de Groot: Op 17-jarige leeftijd debuteerde hij in het vlaggenschip van Roodenburg. Hij speelde alle wedstrijden in het gouden seizoen 1972-1973. Aad werd door bondscoach Arie de Vroet geselecteerd voor het UEFA-elftal. Op zijn 18de verdraaide hij zijn been. Gevolg: Kruisband rechterknie ingescheurd. Twee maanden werd hij wekelijks behandeld in Zeist, en vervolgens geopereerd. Internationale carrière van de baan. Unanieme mening: Aad de Groot had het in zich een grote carrière in binnen- of buitenland te maken.

Zo prijkte al snel op de wedstrijdaffiches direct de naam van Adler. In de Eregalerij hangt tussen de mammoetfoto’s van Wim Rijsbergen, Glenn Helder, Jeffrey van As, Wout Holverda, Bert Jansen, Ton Kamphues, Marco van Alphen, Ron de Roode en anderen die hun glanzende voetballoopbaan bij Roodenburg begonnen, ook het plakkaat Roodenburg-Veritas, ‘Nederlands Kampioenschap Amateurs’. De zakken van de jas van Adler waren diep. Zo betaalde de fabrikant trainingskampen en alle kleding. Zoiets gebeurde niet eerder. ‘Dat is andere koek dan de sinaasappels van groenteboer Henk Prins,’ roept Keereweer, ‘bij hem kon ik elk weekend een zak sinaasappels halen. Dat was zijn sponsoring. Jan, ik geloof dat jij ze in de rust in vieren sneed en uitdeelde.’

Hennie de Klerk: Hij leefde voor het voetbal, zette alles opzij om steeds hoger te klimmen op de voetballadder. ‘Vechter’ Hennie werd hij genoemd, in de goede zin van het woord. Een smaakmaker. Pas als het laatste fluitsignaal had geklonken, gaf hij op. Er was toch niets meer aan de stand te veranderen. Als voetballer en trainer heeft De Klerk het maximale bereikt. Roodenburg is opa De Klerk nog dankbaar voor het gratis beschikbaar stellen van zijn busje om fanatieke Roodenburgers de gelegenheid te geven de uitwedstrijden te bezoeken.

Stapeltje bankbiljetten

Het seizoen 1972-1973 is Roodenburg ingedeeld bij clubs van naam. Gouda, Olympia, Xerxes, CVV, Papendrecht, Unitas, De Musschen, Hermes DVS, UVS, DRL, Neptunus en RVC. Dat was ook het jaar dat voetbalminnend Leiden massaal uitliep voor de derby Roodenburg-UVS. Piet Kantebeen, trainer van UVS, Rinus Smits van Roodenburg. Weet je nog dat er toen in de rust werd gecollecteerd voor Lugdunum? Het clubgebouw was in vlammen opgegaan. Ja dat weten Keereweer, De Klerk en de anderen nog wel.

‘Dat gebeurde in 1973, begin januari. Clubs gingen toen collegiaal met elkaar om.’ RVC, wat was er toen met RVC aan de hand? Bij RVC werd met geld gestrooid. ‘Bedragen, joh, zeker voor die  tijd’. Karel Jansen, de latere voorzitter van de VVCS, Vereniging van Contractspelers, had daar veel  in de melk te brokkelen. Rob Jansen, de zoon van Karel werd de eerste spelersmakelaar met een UEFA-licentie, de man is multimiljonair. ‘Aan Karel heb ik goede herinneringen,’ merkt Jan van Wezel op. ‘Ik ontmoette hem bij RVC, wist wat hij allemaal voor profvoetballers deed, contracten en zo. Ik vroeg of ik eens bij hem langs mocht komen, ik zat met vragen. Geen probleem. Toen heeft hij mij adviezen gegeven voor de contracten die Marco van Alphen en Alfons Groenendijk met ADO Den Haag aan het afsluiten waren.’

Mat Keereweer: De allerbeste doelman die Leiden en omgeving ooit heeft voortgebracht. Naarmate hij ouder wordt (Mat is 84) lijkt hij kleiner te worden. Ook zijn handen die ooit ‘kolenschoppen’ werden genoemd, zijn minder groot. Wat geen enkele keeper voor of na hem presteerde, gelukte Mat: hij plukte de bal met één hand uit de lucht. Keereweer kon een profcontract te tekenen bij Oostende in België. Hij deed dat niet. De reden: hij had hier een goede baan, had opgroeiende kinderen en werd gewaardeerd bij Roodenburg. Mat Keereweer nam zijn verantwoordelijkheid. Dat is te prijzen.

De verlenging van het contract van Ron de Roode, ook met ADO Den Haag, kon maar niet rondkomen. Met clubmanager Eddy Hartman was het goed drinken, maar moeilijk zakendoen. Jansen raadde aan contact op te nemen met voorzitter Dé Stoop, het goede heertje, directeur van Starlift. Jan van Wezel: ‘Ron en ik worden ontvangen door een slanke, knappe secretaresse. We namen plaats in een super-de-luxe ruimte met fauteuils. Daar zitten we een tijdje. Wie komt er? Niet Dé Stoop. We trommelen met de vingers op de armleuningen, zuchten, steunen en ja hoor: daar komt Stoop eindelijk binnen. Wij vertellen ons verhaal, Stoop hoort ons aan en gaat even weg. Weer zitten we een tijd voor Jan-met-de-korte-achternaam. Stoop komt weer gehaast binnengezet, met een stapeltje bankbiljetten in zijn hand. Dat geeft hij aan Ron. En weg is hij, ons in verwarring achterlatend.’

Er hoefde niet getekend te worden voor ontvangst. Over de hoogte van het bedrag wil Jan niets kwijt. Van Wezel, gepokt en gemazeld als hoofd Personeelszaken, wist en weet hoe om te gaan met mensen van alle rang en stand. Hij zou ook een voor zijn spelers handige makelaar zijn geweest.

Jan van Wezel, vele jaren elftalleider van het 1ste van Roodenburg. Een ‘andere’ leider was hij. Jan, de vertrouweling van de selectie, adviseerde spelers bij moeilijk te nemen beslissingen. Zat er een financieel in de knoop? Samen zochten ze een uitweg. Dreigde iemand van het padje te raken? Jan wees hem erop en voorkwam narigheid. Hij begeleidde spelers bij contractbesprekingen, haalde de 1ste grote sponsor binnen. ‘Ik heb in mijn leven nooit gevoetbald, geen bal aangeraakt,’ zegt hij. Waarom niet? ‘Ik heb liever hoofdpijn dan spierpijn. Haha.’ Hoewel de trainer het elftal samenstelde, gaf hij toch zijn mening. Van Wezel wist hoe de manschappen in hun vel zaten. In het seizoen 1972-1973 heeft Jan sportverslaggever Ruud Pauw in de kraag gevat en meegenomen naar de bestuurskamer. Hij vond dat de journalist te negatief over Roodenburg schreef en liet alle zure koppen uit de krant zien. Een heldendaad.

Profvoetballers?

Iedereen is het er over eens dat Mat Keereweer ‘de beste Leidse doelman is geweest’. Hij had alles mee voor die positie: groot, breed, baas in het doelgebied, dirigent voor de achterspelers. ‘Met handen als kolenschoppen, voor niets en niemand bang, een legende,’ wordt er van verschillende kanten van de tafel gezegd. Ook dat Mat met één hand ballen uit de lucht plukte. ‘En altijd zonder handschoenen,’ voegt hij er zelf aan toe. Als bewijs laat Keereweer een foto zien, waarop hij zich met gevaar voor eigen leven op de bal stort en van de voeten van een aanstormende speler pakt. Zonder handschoenen. Had hij ooit hoger kunnen voetballen, betaald voetbal?

Mat Keereweer: ‘Ik werd benaderd door Oostende uit België. Daar kon ik een profcontract tekenen. Heb ik niet gedaan. Ik had een goede baan, opgroeiende kinderen. Zo’n avontuur kan je aangaan wanneer je geen of weinig verplichtingen hebt.’ Cees de Roode had ook voldoende in huis om de profwereld te schitteren, zeggen ze. Aad de Groot leek op zijn 17e al rijp voor het grotere werk. Bij de wedstrijd CVV-Roodenburg zat Arie de Vroet, oud-international, op dat moment trainer/keuzeheer van het nationale UEFA-team.

Aad: ‘Hij was gecharmeerd van mij. Ik kreeg toen een uitnodiging om naar Zeist te komen. Na een paar trainingen werd ik geselecteerd.’ De KNVB trok toen de portemonnee. ‘Ik ontving reiskosten. Dat maakte mij niet uit. Ik heb UEFA-wedstrijden gespeeld in Duitsland, Polen, de Canarische Eilanden. Wie kan dat zeggen als je nog geen 20 jaar bent?’ Een gescheurde kruisband stond een carrière in binnen- of buitenland in de weg. ‘Op dat internationale niveau kon ik niet meer mee. Dan wordt er in Zeist snel afscheid van je genomen, hoor.’ Kwamen we hier niet samen om over de strijd om het landskampioen te praten? De naam van Hugo Walker komt ter sprake, hij versloeg de nacompetitie voor de radio. Er wordt uitbundig gelachen om Hugo’s uitspraken als ‘Kóóómt dat schot’, ‘Mooie trap van die Leidenaar’ (hij bedoelde De Klerk, had alleen Hennie’s naam even niet paraat), ‘Keepertje, keepertje, wat doe je nou?’, ‘RBC kampioen, terug naar de studio in Hilversum.’

2027 – 100 jaar Roodenburg

Aaai, geven wij nu al prijs, dat RBC landskampioen zondagamateurs werd. En ook nog algemeen landskampioen. Ook de ontmoeting tegen Noordwijk, de zaterdagamateurkampioen, werd in het voordeel van Roosendalers beslist. Roodenburg eindigde samen met Elinkwijk 2de achter RBC en vóór Veritas. Bij de invoering van de Hoofdklasse eindigde Roodenburg in 1973-1974 niet bij de eerste zeven, waardoor het kwalificatie naar deze klasse misliep, en op het tweede amateurniveau kwam te spelen. Maar daar willen Jan, Mat, Hennie en Aad onder het motto ‘Verpest deze ochtend niet’, niet over praten.

Talloos grote namen begonnen hun voetballoopbaan bij Roodenburg. Over een vedette gaat al jaren het verhaal dat zijn voetbalwieg bij UVS stond. Zijn naam: Ton Kamphues. Deze vrijdagmorgen wordt duidelijk dat Ton is begonnen bij Roodenburg. Als ‘bewijs’ heeft Aad de Groot een foto meegenomen van ‘broekies’ van Roodenburg. Daarop is Ton Kamphues in volle glorie te zien. Via UVS vertrok hij in seizoen 1974-1975 naar Telstar, speelde daar drie seizoenen en tekende bij FC Amsterdam. Na degradatie ging Kamphues op huurbasis terug naar Telstar, om twee jaar later bij UVS zijn carrière te beëindigen. Aad de Groot heeft nog een anekdote: ‘Ton zat op de VGLO en had Willem van der Drift als zijn leraar. Willem was jeugdvoorzitter van Roodenburg. Doordat Ton weer eens geen interesse in de les had, stopte Willem even en liep naar Ton. De leraar deed zijn portemonnee open, haalde er een kwartje uit en gaf die aan Ton met de woorden: ‘Ga jij maar naar de parkeermeter en doe dat kwartje erin. Kom maar terug als de parkeertijd over is.’ Is dat een verhaal? Nou en of.

Bram Pardon, die het gezelschap royaal heeft voorzien van geurige bakkies koffie, wordt uitbundig bedankt. In 2027 bestaat Roodenburg 100 jaar. Er worden nu al voorbereidingen voor een groots eeuwfeest getroffen. Voormalig voorzitter Raymond Keur heeft het plan opgevat om dan een boek op tegelmaat uit te brengen. Het seizoen 1972-1973 zal daar zeker breeduit in uitgemeten worden. Tijdens deze mini-reünie kon de conclusie worden getroffen dat die gooi naar het landskampioenschap hét hoogtepunt is geweest in de roemrijke historie van LV Roodenburg. Op het parkeerterrein wil Mat Keereweer nog iets kwijt: ‘Wat was dit een geweldige ochtend, joh. We hebben rustig kunnen praten en lachen. Volgend jaar mei/juni is die nacompetitie precies 50 jaar geleden. Dan zouden we met de hele selectie van toen bij elkaar moeten komen. Willen jullie dat regelen?’

Strak plan. Daar zijn wij zeker voor te porren, tenminste als Jan Lovink daaraan zijn medewerking geeft, de keukenbrigade voor de hapjes en drankjes zorgt en 2e keeper Peter Boom zijn glitterpak meeneemt. Hij is namelijk een schlager zanger met veel succes in Duitsland. Zingend Immer wieder geht die Sonne auf stap ik in de rode koets met het embleem LeidenAmateurVoetbal. Wat een vrijdagmorgen!

Knipsels: Hennie de Klerk

Scans en foto’s: Hennie Kanbier

Met dank aan Jan Lovink en Jan van Wezel

1 REACTIE

  1. Opnieuw een leuk artikel met de voormalige Roodenburg toppers.

    Als puntje op de i nog het volgende: Op 9 augustus 1973 pakte Noordwijk aan de Van Panhuisstraat, zoals het sportpark toen nog zo fraai heette, in een derde en dus beslissende wedstrijd via een 2-1 overwinning op RBC haar eerste landstitel.

Reacties zijn gesloten.

Must Read