,,Een voetbalwedstrijd tegen wie dan ook is een uitje voor ons”
‘Piep’ zijn ze niet meer en ‘stok’ nog lang niet. Pierre van Gemerden (64) en Richard Ederveen (53) zijn samen 100 jaar lid van RCL. Pierre begon op zijn tiende en Richard toen hij de aanvallige leeftijd van 7 jaar had bereikt. Reden voor een goed gesprek met het tweetal? Jazeker, ook omdat Pierre en Richard twee van de steunpilaren van de RCL-veteranen zijn, binnen en buiten het veld.
Ze hebben nóg meer gemeen met elkaar: de heren hebben Schorpioen als sterrenbeeld en ze zijn in love. Pierre’s huwelijk zou onlangs plaatsvinden, maar werd vanwege de coronacrisis uitgesteld en verplaatst naar februari 2021. Richard huldigt het gezegde ‘wat van ver komt, is bijzonder’. Hij kan de weg naar het Noord-Hollandse Krommenie blindelings vinden. Daar woont de volgens de telg van de voetbaldynastie Ederveen zijn ‘oogverblindende’ vriendin.
Pierre draagt de kleurrijke, sportieve en tegelijk chique, handgemaakte schoenen van het merk Shoelia. Afgekeken van Hugo de Jonge, vice-premier en minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport? ,,Nee, nee,’ zegt Pierre, ik ben niet iemand die zich in gedrag of kleding, in dit geval schoenen, laat leiden door een ander. Ik ben ik. Thuis heb ik nog drie paar van dit soort schoenen, ik vind ze mooi, ze zitten perfect en passen bij wat ik draag.”
Richard heeft veel bewondering voor de wijze waarop Memphis Depay is teruggekomen van een zware blessure, verder weet hij dat de voetbaltovenaar elke vierkante centimeter van zijn lenige lichaam heeft laten tatoeëren. ,,Het is een beetje teveel, vind ik, vertelt hij, voor mij hoeft dat niet.” De tattoos die Richard heeft laten zetten, zijn esthetisch geslaagd. Kunstwerken tot stand gekomen in samenspraak met de ontwerper. Creativiteit op eredivisieniveau van de kunstenaar. Depay zou er als kenner zijn flamboyante hoed voor afnemen. Chapeau. ,,Tattoos zijn niet zomaar iets”, doceert Richard, ze gaan een leven lang mee. Dan ga je niet over een nacht ijs.”
Corona
Het voetballeven op Sportpark De Bloemerd komt weer op gang. Er wordt weer getraind, een wedstrijdje ‘om des keizers baard’ gespeeld. Toch is het nog allemaal anders. Wat? Pierre: ,,We komen in sportkleding naar de club. Dat is al raar. We gaan in diezelfde kleding na afloop weer naar huis, douchen mag namelijk niet. Een biertje met elkaar drinken is er niet bij. In de kleedkamer mogen wij alleen de voetbalschoenen aandoen. Gezellig is anders. Of die gezelligheid nog terugkomt? Daar kan ik alleen maar op hopen. Met elkaar voetballen is leuk en gezellig, na afloop napraten, een beetje dollen, is minstens zo belangrijk.”
Richard sluit zich helemaal bij de ‘spreker’ aan en vraagt: ,,Pierre, hoeveel wedstrijden heb jij in het rood en wit gespeeld?” De 60’er haalt de schouders op en zegt het niet te weten. ,,En hoeveel doelpunten heb jij in je lange loopbaan gemaakt?” En weer gaan de schouders omhoog. ,,Ik heb dat nooit bijgehouden”, klinkt het bijna verontschuldigend. ,,Thuis heb ik wel een bananendoos vol met krantenknipsels, foto’s en clubbladen. Dat moet ik nog altijd uitzoeken en sorteren, het komt er niet van. ,,En jij, Richard?” De lachgrage Ederveen: ,,Ik zou je broer kunnen zijn. Anderen hebben plakboeken vol, ik niet. Ergens heb ik een berg spullen liggen, dat weet ik zeker. Ik ben jaren geleden verhuisd, ik ben er nog steeds niet aan toegekomen om dozen uit te pakken.”
Dan speurt LeidenAmateurVoetbal zelf maar het internet af. Maart 1982. RCL voetbalt in de eerste klasse. Tegenstanders zijn onder meer IJsselmeervogels en DOVO. Op de lijst van topscorers prijkt Van Gemerden met 11 doelpunten pal onder Jaan de Graaf, de goalgetter van de Spakenburgers en marktkoopman (koek en brood). In 1984, nog steeds in de eerste klasse, reist RCL (met de bus) af naar Nunspeet. RCL pakt de punten (1-2), met dank aan Pierre die tweemaal raak schiet.
,,Weet je”, zegt de schutter, ik heb 1 keer in eigen doel gescoord. Op het moment dat ik de bal terug speel naar keeper Bert Siera, loopt hij net uit waardoor de bal over hem heen vliegt en vervolgens het doel in rolt. Kan gebeuren, maar ik kan er nog weleens van dromen.”
In de bus naar uitwedstrijden? Richard: ,,Ja, dat was zo in die tijd. Ik heb niet zo’n carrière gemaakt als Pierre. Ik vond én vind teveel andere dingen leuk, en heb me nooit volledig gegeven voor het voetbal. Volgens mijn teammaten bestaat voetbal uit meer dan hardlopen in het veld. Dus ben ik ook meer naast het veld gaan doen”, zegt hij lachend. ,,Hoewel ik altijd wel deel uitmaakte van de A-selectie was en is hardlopen nog altijd mijn passie. Ik stond wel opgesteld in de hoofdmacht of viel regelmatig in, vooral dat laatste. Hahaha. Maar al met al was ik een vaste speler van het 2e met overigens een destijds heel goed elftal, dat op het hoogste niveau acteerde, de reserve-hoofdklasse. Wij speelden tegen de tweede elftallen van Katwijk, Rijnsburgse Boys, Quick Boys, FC Lisse en Scheveningen, om er maar een paar te noemen… echt sterke tegenstanders. Prestatie en gezelligheid gingen hand in hand. Het waren echt topjaren in dat 2e team van RCL.”
Pierre: ,,In de bus hebben we altijd wel gelachen. Klaverjassen? Natuurlijk, met voor ons amateurs toch inzetten die ertoe deden, 5 en 10 gulden.” En zo kon het gebeuren dat de premie thuis niet werd afgegeven.
Familie
Wie de geschiedenis van de in 1926 opgerichte club een beetje volgt, weet dat in alle geledingen zelfde namen terugkomen. Eerst wordt het beste beentje voorgezet als speler, van de jongste jeugd tot en met de senioren. Vervolgens worden er elftallen geleid omdat zonen bij RCL gaan voetballen, of zet men zich in als trainer, meestal assistent, er wordt geholpen bij de organisatie van feestavonden, indertijd veel met De Lenco’s (Esmeralda werd Goud met een verkoop van 100.000 stuks) of er wordt medewerking verleend aan een activiteit van de Supportersvereniging (plantjesverkoop, Rad van Avontuur na een wedstrijd).
,,Er zijn namen die al tientallen jaren in een adem met RCL worden genoemd. Richard: ,,Mijn vader Bas en ooms Ton en Frans hebben jarenlang bij de club gespeeld. Neem Marcel Brasker, Teun Rietveld, de Havers, de Brandtjes, Braatjes, Erwin Pfundt, Claus Zwaan, Ronald en Erwin Nieuwenhuizen, Remco Visser, Jeroen Blokhuizen (‘Blokkie’), Anneke Bloemendaal en de broertjes Volwater (‘Kwik, Kwak en Kwek’). Ze zijn zo verweven met RCL. Dat zie je ook bij clubs als UVS en Lugdunum. We zijn in de loop der jaren een beetje familie van elkaar geworden. En nu kom je ze weer tegen bij de veteranen.”
Van Gemerden en Ederveen zeggen dat er in de veteranenvijver mannen zwemmen, die zich geregeld moeten afmelden. Neem oud-1ste-elftalspeler Hanno van Breugel, hij is vaste grensrechter van de hoofdmacht. Marcel Brasker, die training geeft en uit en thuis bij zijn jongens aanwezig is. Daarom is het goed dat de veteranen over een brede selectie beschikken. ,,Uiteindelijk is iedereen nodig, binnen en buiten het veld. Sterker nog: in de maand november moet er vaak al een beroep worden gedaan op een speler uit een ander team”, zeggen beiden met een brede lach.
Mooie mix
Het noemen van namen is ‘linke soep’: ,,Je kunt er altijd een paar vergeten en dat verdienen ze niet.” De mix van de Old Soldiers is de kracht binnen de veteranen. Alex Barendse geldt met zijn 46 jaar als een jonge gast en neem Remco Visser, die op zijn leeftijd nog altijd over een krachtig schot beschikt. Ronald Nieuwenhuizen gaat als aanvoerder nog steeds voor de troepen uit. Dat geldt in principe ook voor diens broer Erwin, maar dan in de kleedkamer. Zodra hij na de wedstrijd de ‘kippies’-pan uit zijn tas haalt, waar hij drumstickies en sateetjes op bereid als toetje, naast het bier. ,,En zo hebben wij nog een paar echte toppers binnen de gelederen, zoals Wesley Slingerland (onder meer ex-Katwijk en ex-Rijnsburgse Boys), Dennis van Rooyen, Pepijn Brands (altijd een te grote mond, maar hij scoort aan de lopende band, dus laten wij hem lekker lullen (hahaha), Jordi de Bis, good old Sieto Schalkers (‘de schaar’) en een paar jaar geleden hebben de neefjes Wouter en Peter Ederveen (ex-Katwijk’ en ex-Noordwijk) zich bij ons aangesloten.” Tot een paar jaar terug speelde ook Patrick Kamperveen nog bij de veteranen, maar hij is zich gaan richten op het trainersvak. Wegens tijdgebrek moest hij afhaken.
Gezelligheid
,,Binnen het veld gaat het er vaak nog behoorlijk stevig aan, vooral verbaal”, weet Pierre te vertellen, dan willen we elkaar nog weleens verrot schelden. Maar zodra de 90 minuten voorbij zijn, is alles vergeten.” De ‘oudjes’ gaan nog steeds voor de winst. Niet ten koste van alles. ,,Aan keiharde duels waag ik me niet, dat heb ik eigenlijk ook nooit gedaan”, zegt hij met een knipoog. ,,Een bal die je alleen met de grootste krachtsinspanning kan halen, dat doe ik hooguit maar een keer per wedstrijd. Pierre trouwens ook. Dat sprinten, die intervallen, dat is allemaal minder geworden. Nee, zoals wij dat vroeger deden, dat redden wij niet meer.”
Desondanks weten de ‘voetbalpensionados’ jaar na jaar mee te draaien bij de beste 4 in hun competitie. Dat zegt toch wel iets over het niveau en het fanatisme binnen het veteranenteam. De derde helft wordt belangrijk gevonden. Biertje, praatje, gezellig. Kort samengevat: Er wordt naar de zaterdag uitgekeken, iedere wedstrijd tegen wie dan ook is een uitje. Groenlo, Breda, Terschelling, Brugge en Manchester, wat hebben deze steden met elkaar te maken? Er wordt gegrinnikt: ,,We zijn er met elkaar een weekendje naar toe geweest. Er even tussenuit, zonder de dames. Als het even kan, wordt er een wedstrijd meegepakt, zoals Club Brugge-Anderlecht.” Maar die weekendjes staan vooral in het teken van de gezelligheid. ,,Als we ’s avonds met elkaar het uitgaansleven induiken, wordt de dj dringend verzocht ‘even’ Sweet Caroline van Neil Diamond te draaien. Dat is door de jaren heen onze teamsong geworden, die op geen enkel feestje ontbreekt. Dus ook straks niet op Pierre’s bruiloft”, gniffelt Richard.
Gé Noorlander
Namen van trainers passeren de revue. Pierre en Richard hebben een hoge muts op van Theo de Waard: ,,Een rustige man, kennis van zaken, wist waar de poppetjes moesten staan en hoe ze moesten spelen, Theo gaf je vertrouwen.” Pierre: ,,We hebben ook een trainer gehad die 10-minutengesprekken met ons hield, tegenwoordig zou je dat functioneringsgesprekken noemen. Ik kom binnen. Daar zit de trainer met naast hem elftalleider Rinus Rijnsburger, die de krant zit te lezen. Zegt de trainer: ,,Jij denkt zeker dat je Jesus Christus bent hier.” ,,Wat moet ik daarop antwoorden? Ik val stil en zeg niets, tien minuten lang geen woord tegen elkaar en dat is lang, hoor. Later heb ik gevraagd mij in het 2e op te stellen.”
Dat Van Gemerden een vaste en vooral betrouwbare waarde voor het vlaggenschip is geweest, bewijst zijn lange staat van dienst. Nooit gevraagd door een andere club? ,,Jawel, door Rijnsburgse Boys, maar toen ik merkte dat iedereen na het douchen in de auto sprong en naar huis flitste, heb ik nee gezegd. Gezelligheid is voor mij belangrijker dan een zak geld.” De man voor wie Beatles’ drummer Ringo Starr ‘When I am 64’ geschreven lijkt te hebben, komt op gang. ,,Geld. Mooi verhaal. We hebben kennelijk iets bereikt en sponsor Gé Noorlander heeft een enveloppe met inhoud voor ieder van ons. Ik zal niet bij de uitreiking zijn geweest, komt hij de stampvolle kantine binnen, zwaait met de enveloppe en roept: ,,Pierre, voor jou heb ik ook nog 100 gulden.” Geweldige man. Op de terugweg van een wedstrijd in de Kuip zit ook Noorlander in de bus. We willen allemaal graag nieuwe voetbalschoenen. Ik ga bij hem zitten en zeg: ,,Meneer Noorlander, voetbalschoenen……”
Ik hoef mijn zin niet af te maken, hij zegt: ,,Dat is goed, jongen, ga ze maar halen bij Wijnand Sloos en laat ‘ie mij de rekening sturen.’ Richard heeft ook nog een anekdote paraat: ,,Stipt 8 uur reed Noorlander hier in Leiderdorp de parkeerplaats van zijn bedrijf op. Daar stond af en toe een bestuurslid van RCL. Noorlander wist waarom ie daar stond, geld nodig. Hij draaide zijn raam open vroeg: ,,Hoeveel?” Wanneer het niet te gek was, haalde hij de gevraagde bankies uit zijn portefeuille, zei ‘gegroet’ en ging aan het werk.”
Nog een anekdote van Richard: ,,We waren met de selectie op trainingskamp, volgens mij was dat in Putten. Bosloop. Je mag voetballers alles vragen maar niet om hard te lopen na een avond doorhalen met de groep. We verdwenen een voor een in het struikgewas. Gevolg: de technische staf compleet in verwarring. Terug waar we verbleven, stonden er 30 rood-witte tassen met het RCL-logo in het gelid, in de dakgoot. Tot op heden weet ik nog niet wie dat heeft geflikt.” Later heeft zo’n protest zich herhaald. ,,Wij moesten in de sneeuw hardlopen naar de Groenoordhallen. Ja, dag! Her en der stonden auto’s die ons terugbrachten naar de Bloemerd.” Grappen en grollen uithalen past bij voetballers. Richard: ,,Zo gek als Wim Suurbier hebben wij het nooit gemaakt. Wim prakte drollen en moorkoppen in voetbalschoenen en gooide met ballen gehakt. Wij piesten naar elkaar onder de douche, haalden veters uit voetbalschoenen of hingen een fiets hoog in een boom.”
Er zingt een nogal dubieus verhaal rond op de Bloemerd, iets dat gebeurd is tijdens een feestje. Richard: ,,Jij bedoelt, denk ik, een verlovingsfeestje. Een van de jongens had verkering met de dochter van een hoge Piet, het hele elftal was uitgenodigd. Veel lekker eten en volop drank. Achter een van de tafels hingen gordijnen. Een gordijn ging een stukje open en een van ons klopte met zijn blote jongeheer op de tafel. Hij verdween even snel als ‘ie was gekomen. Geloof me, het is echt gebeurd.”
Tenslotte nog even terug naar de Schorpioen: Dit sterrenbeeld kan heel charmant zijn, maar ook heel agressief. De schorpioen is vastbesloten, doelgericht en voelt situaties fijntjes aan. Hij wil altijd winnen en laat niet los, geeft nooit op. Dat alles zegt de astroloog. ,,Het klopt helemaal”, zeggen Pierre en Richard in koor. Pierre heeft een voorbeeld uit de praktijk: ,,Wij speelden tegen Quick Boys, ik had de avond ervoor gestapt en was brak. De man van Quick Boys die op mij was gezet, ziet dat, zwaait naar de dug-out en tikt op zijn kont. Dat betekent: ,,Ik heb hem in mijn zak.” Ik zag dat en werd daar zo gemotiveerd door dat die jongen de hele wedstrijd als verdwaasd achter mij aan liep. Je kan natuurlijk niet elke week stappen en voluit gaan, uitgesloten. Soms lukt het, net als toen tegen Quick Boys.”
Pierre en Richard hebben onder meer Guus Hiddink, Marco van Basten en Edwin van der Sar als mede-Schorpioenen. Aardig gezelschap, onafhankelijke mannen, mannen met gevoel voor humor, die de controle bij voorkeur in eigen handen hebben en houden. Rotstreken vergeten ze niet, de ‘dader’ wordt teruggepakt, soms maanden later.
Foto’s: Pierre van Gemerden en Richard Ederveen
Actuele foto’s: J.P Kranenburg