Oude Clubhelden: Oud-scheidsrechter Hans Ladan
Heel Leiden en wijde omgeving behoort hem te kennen, en dat is ook zo. Hij speelde trompet en bugel, eerst bij K&G en later vooral bij De Burcht, waar hij ook bestuurlijk actief was, bestierde een winkel-van-sinkel (‘Zeg maar gerust een klein V&D’tje’) aan de Lage Rijndijk, is sinds jaar en dag betrokken bij de 3 October-Vereeniging, met 14.000 leden de grootste club van de stad, is een van de steunpilaren van de uitwisseling Leiden-Oxford, speelde in het blauw en wit van UVS, vlagde en floot een niet te tellen aantal wedstrijden.
Zijn naam? Inderdaad, Hans Ladan. Er is nog veel meer over Hans als organisator van onder meer de Taptade te melden, over Ladan de mens die de muziek van marching bands en het getrommel van drumfanfares als het grootste muzikale geschenk op deze aarde noemt noemt, graag mag afreizen naar Schotland waar hij inmiddels alle imposante kastelen heeft ontdekt en op foto heeft vastgelegd. Terug van een weekje rust in het qua natuur zo onderschatte Drenthe ontvangt hij het onafscheidelijke duo Mentink (tekst)/Kranenburg (foto’s) in zijn met smaak ingerichte appartement aan de rand van Leiden en Zoeterwoude, met uitzicht op een verkeersplein dat voortdurend van decor wisselt. Hij noemt hen ‘een paar apart’.
De geur van gras
,,Wat mag ik voor jullie inschenken, wat willen jullie eten?” Het interview is nog niet begonnen of Hans Ladan toont zich de gastheer die graag wil verwennen. Zeker wanneer het afgevaardigden van LeidenAmateurVoetbal (LAV) betreft. ,,Een sateh, loempiaatje, een koud biertje? Ik heb het allemaal in huis.” De mannen kloppen op hun buik en vertellen dat ze zojuist copieus hebben geluncht, nu even geen trek hebben, maar over een uurtje of 4 zich best te goed willen doen aan de Chinese keuken. LAV komt niet om te schransen, maar komt vastleggen wat Hans Ladan in zijn sportieve loopbaan heeft ervaren. Tijdens het drie uur durende gesprek vraagt hij met een zekere regelmaat om een time-out. Hij wil vooraf duidelijk iets stellen: ,,Zet mij niet neer als iemand die alles in zijn eentje heeft gedaan; ik heb altijd in en met een team gewerkt. Een walhalla-verhaal wil ik niet.”
De bebaarde en besnorde voormalige voetballer, grensrechter en scheidsrechter blijkt zijn prestaties te kunnen relativeren. ,,Als voetballer was ik best aardig, behoorde niet tot de A-selectie, altijd een tree lager. Daar voelde ik mij op mijn plaats. Voetballen is voor mij op de eerste plaats plezier hebben, met elkaar. Je niet te druk maken over winst of verlies. Het dartelen over een gemaaide grasmat, heerlijk, wanneer het dat ook met een mals buitje was besproeid voelde ik me helemaal heerlijk. Die geur, hè, die heb je niet met kunstgrasvelden.”
Vlaggetjesdag
Dat de 71-jarige Leidenaar zich op zoveel fronten kon inzetten, dankt hij op de eerste plaats aan zijn veel te vroeg overleden vrouw Wilma (‘Ontmoet bij Muziekvereniging De Burcht’), die Jan de laatste tien jaar van haar leven met veel liefde heeft omringd en verzorgd. Verder aan zijn oeverloze interesse in mensen, zijn onstuitbare energie die zo uitstekend aansluit bij zijn organisatietalent. De kortstondige actieve voetballoopbaan van de rechtspoot, die zich in het geheel aan de Wassenaarseweg afspeelde en geen naam mag hebben (‘Als ik werd gepasseerd en dat gebeurde nogal eens, ging ik liggen’) zelfs niet voor een voetnoot zorgde in de annalen van UVS, heeft een hilarische anekdote paraat: ,,Wij hadden een heel aardige leider, diens naam heb ik even niet… Van Os, geloof ik. Geweldig enthousiaste man. Wanneer wij met 8-0 achter stonden, hield hij vurig vol dat wij nog konden winnen. Hahaha.”
De grens- en scheidsrechterscarrière begon in Café Aniba aan de Witte Singel, hoek Herenstraat. Daar volgde hij de achtweekse KNVB Cursus, waar Ladan met dikke voldoendes voor slaagde. Aan de 1ste wedstrijd die hij moest fluiten bewaart de ondernemer van weleer geen prettige herinnering: ,,Quick Boys 13-Katwijk 11. Hard tegen hard. Voormalige selectiespelers die in lagere regionen afbouwden. Het werd 90 minuten zeiken en klagen, trekken en duwen. En clubgrensrechters van zwaaien met hun vlaggen.” Clubgrensrechters, daar heeft Ladan moeite mee: ,,Ze denken dat het elke week vlaggetjesdag is.”
De rapporteur
Na deze vuurdoop is het alleszins redelijk crescendo gegaan met de Leidse man-in-het-zwart. Er komen plakboeken op de tafel, waarin rapporten over zijn manier van leiding geven tot achter de komma wordt becijferd. Vanaf de tribune wordt hij beoordeeld op het toepassen van de buitenspel- en voordeelregel, over hoe hij reageert op overtredingen en wangedrag, hoe hij zijn diagonalen loopt en hoe hij in het algemeen leiding geeft. Hans haalt, zo blijkt uit de rapporten en recapitulatielijsten (Wie bedenkt zo’n woord?), gemiddeld een 7.7 over een heel seizoen.
Dik voldoende om te promoveren en zwaardere wedstrijden toegewezen te krijgen. Wanneer een scheidsrechter uitvalt en Ladan is beschikbaar ontvangt hij een telegram met de tekst: Wil je zondag HVV 2 tegen DHL 2 fluiten? Toen hij de vriendschappelijke wedstrijd Noordwijk-Feyenoord had gefloten ontving hij na afloop als dank voor de prettige leiding van de Rotterdammers een speldje, balpen en vaantje met het logo. Hans Ladan houdt van recht door zee. In krantenknipsels onderstreept hij wanneer zijn optreden ‘onzeker’ was of als hij ‘warrig’ had geblazen. Rapporteurs schreven weleens ongenuanceerd over hem.
,,Zo kreeg ik nogal kritiek na de wedstrijd VUC 2-CVV 2. Dat kwam omdat ik nogal ‘boers’ mijn neus in het bijzijn van de rapporteur stond te snuiten.” Een volgens hem te hoog cijfer kreeg hij van een rapporteur na de wedstrijd Foreholte-Altior: ,,Ik was niet op dreef, maar zal een goede indruk hebben gemaakt door het wegzenden van de grensrechter.” Het ‘onterechte’ lage rapportcijfer voor de wedstrijd BMT-Westerkwartier werd gegeven door een ‘partijdige rapporteur’. Strafzaak 514/11 behandelde de rode kaart wegens ‘uitlachen’.
Voor de commissie vertelde Ladan dat hij van lachen hield, dat lachen gezond is, maar dat het uitlachen van een leidsman niet past op het veld. De speler mocht twee weken thuis blijven en bij herhaling vier wedstrijden. Hoogtepunten vindt hij de door hem geleide ontmoetingen UVS-Zwaluwen, SJZ-Meerburg, UVS-Roodenburg in het kader van het Zilveren Molen Toernooi van LFC. Ook memoreert hij met een tevreden glimlach het fluiten van Feyenoord-FC Den Haag tijdens een jeugdtoernooi van Ajax. Hans laat het aan anderen over of 2750 en 2875 meter voor de Coopertest een prestatie is. Daarvoor kwam hij niet verder dan 2625 meter. Bij die afstand staat in zijn handschrift geschreven ‘zeer slecht’, in kapitalen. Trots is hij toch wel op de uitwisseling Leiden-Oxford, georganiseerd door de sectie Cultuur en Sport van de gemeente Leiden, in Oxford door The Anglo-Netherlands Sports and Cultural Association.
Leiden-Oxford
De uitwisselingen met Oxford hebben naast hun recreatieve waarde vooral ten doel de buitenlandse bezoeker op zo intensief mogelijke wijze kennis te laten maken met het leefklimaat van de ontvangende stad. De deelnemers logeren bij gastgezinnen. ,,Er zijn dagexcursies en sportwedstrijden, terwijl de vrije tijd creatief wordt ingevuld door gastvrouwen en gastheren”, legt Hans uit. Uitschieter voor hem was onder meer het fluiten van een officiële competitie in de derde divisie, The Hellenic League. ,,In Engeland wordt hoe dan ook gevoetbald, afgelastingen zijn uitzonderingen. Die dag regende het pijpenstelen, het veld was een modderpoel. Het werd ook een modderballet, om niet te vergeten, waterpolo was er niets bij.”
Hij heeft vrienden overgehouden aan deze uitwisselingen. Aan de andere kant van de Noordzee werd hij verliefd op Great Britain, die nog steeds bloeit (‘Mijn 2e vaderland’). Met een combinatie van vertedering en respect noemt hij Don en Mary Rouse, die op hun beurt een grote liefde voor Nederland en met name Leiden koesterden. ,,Een man van statuur, die MBE is, Master of the Order of the British Empire, een zeer hoge onderscheiding. Paul McCartney en Mick Jagger mogen zich ook MBE noemen. De versierselen worden door Koningin Elisabeth persoonlijk uitgereikt op Buckingham Palace.” Deze Don Rouse, dol op onze haring en kibbeling, heeft ooit een Optocht op 3 oktober geheel in het teken van Engeland begeleid. ,,Dons vrouw Mary kon je niet gelukkiger maken dan met bitterballen.”
Leids Ontzet SexteT
De senioren van Leiden worden elk jaar onthaald op een feestelijk programma in de Stadsgehoorzaal. Aan de zaal scheurt Hans Ladan de kaartjes en wijst de gasten op hun plaats in de zaal of op balkon. Er wordt meegezongen met Corrie Konings (Huilen is voor jou te laat), met Willeke Alberti (Morgen ben ik de bruid) of er wordt uitbundig meegedeind op de muziek van de Koos Mark Big Band, waarin Ladan ook zijn partijtje heeft meegeblazen. Na de pauze – met hapje en drankje, gratis, verschijnt de laatste jaren een 6-tal heren, onder wie een die het publiek bij binnenkomst welkom heette, jahoor Hans Ladan.
Hij maakt deel uit van het Leids Ontzet Sextet, dat elk jaar met een nieuw programma weet te verrassen. ,,Ik kan niet zingen”, bekent Hans, hij heeft wel de lach aan zijn kont, met dank aan de teksten van Rens Heruer en de muziek van Erik Fielemon (Mr. Van der Werf). ,,De laatste jaren worden wij geregisseerd. Vanuit de zaal krijgen wij aanwijzingen. Vorig jaar stond ik te zingen, tenminste wat je met enige fantasie zingen zou kunnen noemen, springt de regisseur uit zijn stoel, rent op het podium af en roept tegen mij: ‘Houd toch op met dat octaveren’. De man had gelijk, ik zong of te hoog of te laag. Maar dat kan ook als grappig worden gezien.”
Los van de voorstelling voor Senioren, chauffeert Hans de bus van Koninklijke Beuk langs de tehuizen voor mensen met een lichamelijke of verstandelijke beperking. ,,Dat is hartverwarmend”, zegt hij. De dames Nel Bunnig, Thea van Kooperen en Jouke… zijn de spil van dit gebeuren. Ik ben er trots op dat ik hen, de clowns en anderen die dag mag rond rijden.” Het jaarlijks terugkerende Haring en Wittebrood Jeugdvoetbaltournooi bij DoCoS kan op hem rekenen.
Scheidsrechterscommissie
Terug naar het voetbalveld, waar de scheidsrechter zich bij voorkeur houdt aan de vastgestelde regels. ,,Ik ben van de oude stempel, bij mij werd niet gefoezeld, regels zijn regels. Er zijn te veel scheidsrechters die een eigen interpretatie aan de regels geven. Daar ben ik tegen.” Dan komt er een pittige uitspraak: ,,Spelers mogen mij in de hitte van de strijd best eikel of oetlul noemen, dat is afreageren. Ik hoor het aan en draai me om. Maar het mij toewensen van een ziekte, gaat te ver. Dan trek ik de rode kaart. Ook wanneer er sarrend werd gevraagd waarom ik geen blindengeleide hond had.”
Het wereldje van scheidsrechters krijgt van hem geen voldoende. Hij spreekt van ‘vriendjespolitiek’ en geeft een voorbeeld: ,,De scheidsrechterscommissie had een politieman als voorzitter. Makkelie en Vink zijn ook politieambtenaren, vind je het gek dat zij een voorkeursbehandeling krijgen c.q. kregen? Ik niet.” De bloeddruk loopt op: ,,Wanneer Jan Keizer naar Zeist kwam had hij kilo’s paling bij zich, voor de bobo’s en zo kreeg hij topwedstrijden te fluiten.”
Op de vraag of Ladan weleens een bedragje kreeg toegeschoven om in het voordeel van een club te fluiten, ontkent hij dat pertinent. ,,Wel weet ik dat auto’s een gratis beurt kregen of iemand een bankstel voor nop mocht uitzoeken. Maar verder is mij niets bekend.” Wel weet hij wie de beste scheidsrechter is: Björn Kuipers.
Delano bij SC Cambuur
Tijd om over zijn kleinzoon Delano te praten. ,,Hij staat onder contract bij SC Cambuur en heeft het daar enorm naar zijn. Henk de Jong is zijn trainer, een geweldige vent, die zegt wat hij doet en doet wat hij zegt.”
Van echt doorstoten is weinig sprake, dat weet opa ook: ,,Delano heeft Robert Mühren voor zich, hij scoort aan de lopende band, is dus een vaste keuze van de trainer. Terecht.” Delano is pas 20 jaar. Toch kan de in Leiderdorp geboren aanvaller al terugkijken op de nodige ervaring. Feyenoord, SV DSO, Haaglandia, ADO Den Haag en nu SC Cambuur. In het afgelopen seizoen scoorde Delano met rugnummer 22, zijn 1ste hattrick. In de 1ste ronde van de KNVB-beker scoorde deze coming man drie treffers voor SC Cambuur in de 0-5 gewonnen wedstrijd tegen vv Goes.
Groenoordhallen
Na zijn zaak te hebben verkocht aan Fer van Duuren (‘De langzaamste tapijtenlegger van Nederland’) ging de rusteloze Ladan aan de slag in de Groenoordhallen. Hij klom daar op van medewerker aan de koeienmarkten tot manager Evenementen. Ladan kende deze heilige grond van de vele zaalvoetbalwedstrijden die hij er gefloten had. Hij stond aan de wieg van de 1ste Snuffelmarkt.
,,Met 60 kramen toen we begonnen, groeiden we uit tot 600 kramen, een geweldig succes.” Beestenspul werd er georganiseerd, Jantje Smit trad op en de nodige Taptades werden er gehouden. Na elk evenement was er tijd om met zijn mensen na te praten: ,,De dag doornemen, met elkaar bespreken wat er goed ging of voor verbetering in aanmerking kwam.” Dan komt Hans Ladan, die inmiddels 2e man Horeca was, tot een uitspraak waar anderen hun voordeel mee kunnen doen: ,,Na afloop bij een biertje en een bitterballetje worden de beste ideeën bedacht.”
Wanneer de Kerstshow van Simon Dubbelaar dit jaar weer plaats vindt, is Hans daar ook te vinden, in de regiekamer. Vanuit zijn positie zorgt de liefhebber van tattoos voor een vlekkeloos lopend programma. Hij zal langs de lijn staan in Leiden en Zoetermeer, waar kleinkinderen voetballen bij UVS en FC Zoetermeer. Hij hoopt dat de grote Taptoe Shows in Delft en vooral Edinburgh spoedig kunnen georganiseerd worden. Hij zal er als liefhebber op de 1ste rang zitten. Nu kan hij uitbundig lachen om de kreten die hij om zijn oren heeft gekregen. ‘Duidelijk buitenspel’…. ‘Die strafschop is een cadeautje’…. ‘U treedt niet streng genoeg op.’ Zijn uitsmijter: ‘Het belangrijkste van het fluiten staat niet in de spelregels.’ Wat is dan het belangrijkste? ‘De wedstrijd aanvoelen en daarnaar leiding geven.’
Foto’s: Collectie Hans Ladan / Emile van Aelst (Leidse Glibber)
Actuele foto’s: J.P. Kranenburg