Oude clubhelden– CGSI, SDVB, Hoevelaken, Sparta Nijkerk, Barendrecht, SV Voorschoten, Voorschoten ’97. Wim Odding (‘Ik ben van 1946, dus van na de oorlog’) heeft de nodige voetbalclubs versleten, niet omdat hij zo graag van de ene vereniging naar de andere wilde hoppen om overal een graantje handgeld mee te pikken, in tegendeel. Wim, geboren in Winterswijk, verhuisde menigmaal en sloot zich in de nieuwe woonplaatsen direct aan bij de plaatselijke voetbalvereniging. Steeds zagen medespelers hem node vertrekken.
Wim Odding was een goede voetballer. Bij Barendrecht, nog steeds een club die opvallend goed presteert, ontving Wim bij zijn vertrek, wegens de zoveelste verhuizing, een speciaal voor hem ontworpen kleinood. In zijn 58 jaar omspannende voetballoopbaan speelde Odding – zeggen statistici – 3348 officiële wedstrijden. Volgens Odding klopt daar geen hout van, hoewel…, maar daarover later meer. Alleen dit onvoorstelbare aantal is reden genoeg voor LeidenAmateurVoetbal (LAV) om belet bij hem te vragen. Hij vertelt alles over de vele zware blessures die hij opliep – beenbreuken, hersenschuddingen, achillespeesscheuringen – en wist te overwinnen. ‘Wim is een winner,’ zeggen zijn sportvrienden.
Wim Odding is een druk baasje, op vele fronten actief. Een datum voor een interview prikken lukt niet zomaar. Daar komt dit maal bij, dat de bebrilde voetbalveteraan afspraken moet afzeggen vanwege het overlijden en de crematie van Theo Kraan, clubicoon van Voorschoten ’97 en omdat opa Wim en oma Femmie door omstandigheden opeens moeten oppassen op enkele van de tien kleinkinderen, hun oogappels. Wanneer de LAV-scribent en LAV-fotograaf zijn gearriveerd in met kleurrijke herfstbladeren versierde Zoeterwoude-Dorp, zwaait de deur joyeus open en stapt een jeugdig ogende pensionado naar buiten.
‘Bonjour, messieurs, entrez, bien venue.’ Het LAV-duo weet dat Wim Odding een francofiel is en in ‘la douce France’ ook een ‘maison’ heeft, maar is toch verrast. Fotograaf Johann Kranenburg vraagt zich geschrokken af wat de komende paar uur de voertaal zal zijn. Terecht. Onze kennis van het Frans is – laten we eerlijk zijn – beperkt, zeer beperkt zelfs. Geen ‘malheur’ (nood), de gastheer beheerst de Nederlandse taal als geen ander. Sterker nog: hij trekt direct de regie van het gesprek naar zich toe. Zo wordt door hem en door hem alleen, de volgorde van het interview bepaald:
1. De naam Odding is geen alledaagse naam, waar komt die vandaan? 2. De militaire en maatschappelijke carrière van Wim is anders dan bij anderen verlopen, interessant. 3. Voetbal was en is nog steeds zijn lust en zijn leven.
De groeten uit Noorwegen
Ödding met 2 puntjes op de O of een diagonaal streepje door de Ø, komt in de telefoonboeken van Noorwegen veelvuldig voor. Genealogen hebben uitgezocht dat Wims familie uit deze kontreien afkomstig is, via Denemarken werd Noord-Nederland bereikt, waar zij boerderijen bezaten. Vervolgens vlogen de kinderen alle kanten op. Zijn opa kwam in Almelo terecht. Daar werd Wim zijn vader geboren. Eind jaren dertig verhuisde zijn vader naar Winterswijk, alwaar Wim na de oorlog werd geboren. De opa en vader van Wim bekleedden functies bij de politie. Of hij in zijn vroegste jeugd de door de ‘klabakken’ ingenomen ballen kreeg toegespeeld, vertelt de historie niet, of wil Wim dit liever onder de politiepet houden.
Zorg dat je erbij komt…
Door zijn middelbare schoolopleiding (HBS/Beta) wordt dienstplichtig soldaat Wim Odding als Officier gestationeerd bij de Marine in Den Helder. Hij doet dienst op de H.M. Steenwijk (M804), een mijnenveger. ,,Er liggen nog honderden mijnen op de zeebodem met name boven de eilanden, overdekt met zand. Schepen kunnen daar rustig overheen varen, maar heel soms kan er een mijn geraakt worden en ontploffen, weg schip.” Tijdens zijn opleiding tot officier speelde Wim met een marineteam volleybal in de 1e klasse bij Nevobo. Zaterdags mocht hij eerder naar huis, omdat hij in het 1e of 2e team van SDVB moest aantreden.
Cijferaar
Eenmaal uit de militaire dienst gaat Wim werken bij de overheid. Mijn vader had gezegd: ‘Word jij nou maar ambtenaar, dan is je kostje gekocht. Gemeenten en provincies ontslaan hun personeel niet. Je zit gebeiteld van de wieg tot het graf.’ Vanaf dat moment begint Odding zijn trektocht door het land, van baan tot baan – steeds crescendo. Hij behaalt zijn GA 1 (Gemeente Administratie), bekwaamt zich via pittige avondcursussen in de geheimen van financiën: GF1 en 2 (gemeentefinanciën), wordt commies, hoofdcommies en besluit een grote stap te maken: solliciteren bij de Bank Nederlandsche Gemeenten (BNG), met succes. Wanneer Wim in 2005 zijn werkzame leven – met een symposium over ‘Het Digitale Tijdperk en Financiën’ – heeft afgesloten, woont hij al 15 jaar in Zoeterwoude- Dorp. Hij heeft dan achtereenvolgens – in willekeurige volgorde – gevoetbald bij CGSI, Sparta Nijkerk (nu een hoogvlieger in de 3e zaterdagdivisie), Sterk Door Vriendschap Barneveld (SDVB), vv Hoevelaken, Barendrecht, terug naar Sparta Nijkerk, SV Voorschoten. In Zoeterwoude-Dorp vinden Wim en Femmie na tournees kriskras door het land, voor zijn werk en door de talloze verhuizingen, de landelijke rust, die weer energie geeft voor sportieve uitdagingen bij Voorschoten ‘97: het fluiten van wedstrijden (soms wel 2, 3 op zaterdag), het begeleiden van jonge scheidsrechters en vrijwilligerswerk met de nodige andere clubmensen. Zo’n 5 keer per jaar belijnt hij de grasvelden. Verder staat hij bekend als de beste Appelflappenbakker in de regio. Hij straalt gedrevenheid uit en bevestigt dat als volgt: ‘Een sportman wil altijd winnen.’
Er komen foto’s en krantenknipsels ter tafel, die vertellen over tientallen decennia voetbal in uiteenlopende competities. ,,In Nijkerk was ik op 3 fronten actief; ik deed mee aan een bedrijfsvolleybal-, zaal- én veldvoetbalcompetitie. Maar mijn eerste schreden in de sport zette ik in Bilthoven bij de Christelijke Gymnastiek- en Sportvereniging Irene (CGSI). Toen ik 8 was – 1954 – stond ik voor het eerst op het voetbalveld, waar we ons in een manege van de Rijkspolitie (Varenkamp-Bilthoven) moesten omkleden.”
Bij Sterk Door Vriendschap Barneveld (SDVB) heeft Odding ‘heerlijke herinneringen’ liggen. Hij voetbalde er in de jeugd en kwam op 19e jarige leeftijd het 1ste elftal. In de krant wordt gewag gemaakt van ‘de altijd gevaarlijke Odding’, ‘een kogel die op de lat uiteenspat’ en ronduit euforisch zijn club en spelers, wanneer hij eind jaren 70 van Sparta Nijkerk op het oude nest terugkomt en kranten dat in chocoladeletters melden, compleet met uitroeptekens. ,,Bij SDVB werd een team gevormd dat bestond uit oud 1e elftalspelers, dat de sterren van de hemel speelde. Kampioenschappen regen zich aaneen.” Voor de opvallende prestaties werd ’t Ouwe 5de, zoals het gestaalde kader werd genoemd, op het wedstrijdformulier vermeld.
Oud-internationals
Later kwamen de ‘oudjes’ van SDVB nog binnen de lijnen tegen Oud Oranje, dat was op zaterdag 22 juli 1978. ’t Sportpark Norschoten stroomde vol. Geen wonder, oud-internationals kwamen hun niet geringe kwaliteiten etaleren. ,,Ik ken alle namen nog. Wil je ze weten? Mario Been, André Hoekstra, Johnny Rep, Michel van de Korput, Erwin Koeman, Frans Thijssen, die later bij Ipswich Town onder contract kwam. Nog meer? Aad Mansveld, Stanley Brard, Ben Wijnstekers, Gerard van der Lem, Wim van Til, Andre Stafleu en Sjaak Troost. Genoeg zo?”
Feyenoord
Pratend over het oefenduel van Sparta Nijkerk tegen Feyenoord weet Wim dat ook Pietje Romeijn meespeelde: ,,Hij heeft het scheldwoord hondenlul geïntroduceerd.” Daar zit nog een verhaal aan vast: ,,December 1969. Uit tegen FC Twente stond Feyenoord voor met 0-1.
Door een in de ogen van Romeijn verkeerde beslissing van scheidsrechter Arie van Gemert maakte Twente op de valreep gelijk. Romeijn werd kwaad en schold Van Gemert uit voor ‘hondenlul’. Dat pikte Arie niet, Romeijn werd gestraft en heel Nederland tuimelde over de Feyenoorder heen. Later zei Romeijn dat hij ‘onbenul’ had geroepen.’ Sinds die tijd wordt op de melodie Tarara Boem Diee ‘Hij is een hondenlul’ op de tribunes gezongen.’
In dat oefenduel kreeg de rechtsbenige Wim Odding als linksback van de trainer de opdracht om zijn directe tegenstander Peter Houtman geen centimeter de ruimte te geven. ,,Als hij gaat pissen, loop je met hem mee, je verliest hem geen seconde uit het oog. Een lekkere taak die ik naar beste vermogen heb uitgevoerd. Ik slaagde redelijk. Alleen, ik had geen antwoord op de sprongkracht van Peter. Hij sprong huizenhoog, dat had ik niet eerder meegemaakt, zo hoog.”
De breker
Met Barendrecht werd Odding kampioen, maar ook met Hoevelaken, Sparta Nijkerk en SDVB. Dan klinkt het eenvoudig: ,,Ik heb binnen mijn vermogen het hoogste bereikt.”
Met datzelfde Barendrecht speelde hij in het seizoen 1969-1970 in de hoogste afdeling van het zaterdagvoetbal: de 2e klasse. ,,Dat is andere koek, wanneer je later in de onderste regionen speelt en tegen degradatie moet knokken.” Hij haalt er weer een krantenknipsel bij en wijst naar de kop: ‘Barendrecht via knappe zege zorgen vrij’. En ja hoor, Wim wordt veelvuldig genoemd. ‘Wim Odding stond als breker voor de achterste 4’, ‘Wim Odding vulde de gaten’, ‘Wim Odding vuurde, maar via de onderkant van de lat sprong de bal het veld weer’ en ‘Binnenkort vertrekt Wim Odding, wat een aderlating!!’.
Uiteindelijk strijken Wim en Femmie Odding in 1990 neer in Zoeterwoude-Dorp. Bij Voorschoten ’97, waar hij in diverse elftallen speelde en jeugdsecretaris en scheidsrechter is geweest – poetst hij de fluit weer op, wordt begeleider van jeugdige leden die ook scheidsrechter willen worden en wordt in 2007 uitgeroepen tot Scheidsrechter van het Jaar.
Hij kent zichzelf als geen ander: ,,De meeste scheidsrechters zijn eigenwijs”, is een van zijn uitspraken. Tegen grensrechters zegt hij: ,,Je mag voor alles vlaggen, of ik fluit weet ik niet.” Grensrechters die maar uitbundig blijven zwaaien, vraagt hij of het ‘vlaggetjesdag’ is. Tijdens de wedstrijd heeft hij altijd twee stopwatches op zak: ,,Wanneer er een stuk gaat, kan de wedstrijd toch gewoon doorgaan.” Aankomende fluitisten houdt hij voor: ,,Probeer je maximaal in te leven, voel een wedstrijd aan.”
Blessures
Ziekenboeg, blessureleed, zou een dramatisch tussenkopje kunnen zijn. Odding heeft meer gebroken en gekneusd dan prins Bernhard. Dat zegt wat, de prins is koploper waar het kwetsuren betreft. Het lijstje van Wim mag er ook zijn: verrekte knie- en enkelbanden, dubbele beenbreuk tegen Oegstgeest, gekneusde ribben (15x), 1 gebroken rib in de rug, geschuurde wenkbrauwen, sleutelbeenbreuk, hersenschuddingen (3x), achillespeesscheuring. Deze laatste blessure kwam uitgerekend tegen de veteranen van RCL en dat betekende een abrupt einde aan zijn lange, lange voetballoopbaan. ,,Ik stond op doel, er is een scrimmage en ik probeer met de moed van een kamikazepiloot op de bal te duiken en ik hoor ‘krak krak’. Een gescheurde achillespees en een gescheurde kuitspier. Onder bezorgde blikken werd ik van het veld gedragen. Dat gebeurde in 2012.’ En wie ging er keepen? Theo Kraan! Nog steeds heeft Odding last van pijnlijke enkels.
Het begint te donkeren in Zoeterwoude-Dorp. ,,Mijn hemel, zijn we al zo lang bezig? Er is nog zo veel te vertellen. Over mijn volleybaltijd, over Frankrijk en de Primeur Blanc van het Domain Chateau La Grave, die is verrukkelijk.
Over zaalvoetbal, die ‘bikkelharde’ sport, alles bij elkaar ben ik daarbij in 1 seizoen meer dan 56 minuten uit het veld verbannen, vanwege slidings. Als scheidsrechter ben ik tegen iedere vorm van discriminatie. Ik drink mijn koffie dan ook zwart.” Maar hoe zit het met die 3348 wedstrijden die hij volgens de website van Voorschoten ’97 heeft gespeeld? ,,Weet je wat ik denk? Dat ze alle wedstrijden die ik in competitieverband heb gespeeld op een hoop hebben gegooid: voetbal, volleybal en handbal, mijn schaak- en schaatswedstrijden. Ja, dan kom ik royaal boven de 3000 uit. Mijn aantal gespeelde competitiewedstrijden bij het voetbal zal rond de 1000 liggen.”
Jan van Bemmelen: ,,Wim Odding ken ik al vanuit mijn periode als trainer van sv Voorschoten zaterdag. Wim speelde in die tijd onder de onvolprezen trainer van de B-overige selectie, de legendarische Bram Mugge. Geen echt getalenteerde speler, Wim, maar wel iemand die ervoor ging, altijd goed voor een 7½. Ook iemand die zijn hart op de goede plek heeft. Gelukkig is Wim na zijn ‘voetbalcarrière’ aan het Voorschotense voetbal verbonden gebleven, door als scheidsrechter te fungeren. Onlangs sprak ik Wim nog op ons sportpark, waar hij met trots vertelde nu de nestor van het Voorschoten ’97 scheidsrechtergilde ‘De Thuisfluiter’ te zijn. Wim is een integere, fijne vent waar Voorschoten ’97 hopelijk nog lang plezier van mag hebben.”
José Versteegen, docente Meer Bewegen voor Ouderen: ,,Wim is een fanatiek sporter, een Pietje Precies. Welke sport wij ook bedrijven – voet-, hand-, slag- of volleybal – hij heeft spelinzicht en wil winnen. Bovendien is Wim behulpzaam en een begenadigd appelflappenbakker. Fijn dat hij op donderdag met zijn Femmie bij ons sport.”
Hans Douw: ,,Wim heeft tot op hoge leeftijd gevoetbald, onder andere bij SDVB, SV Voorschoten en Voorschoten ’97. Hij is nog steeds een gewaardeerd scheidsrechter. Gek op Frankrijk is ‘ie. Wim zal daar wel met Guillaume worden aangesproken.”
Foto’s: Collectie Wim Odding
Actuele foto’s: J.P. Kranenburg