Oude clubhelden: Jan Teske (SVLV – Voorschoten ’97)
‘Met Chris, mijn broer, en Ton Koek van SJZ ging ik in juni 1971 naar de Europacup finale Ajax tegen Panathinaikos. In het Wembley Stadion zaten 85.000 doldwaze voetbalfans samengepakt. Ik had niks met voetbal, maar wat een spektakel. Wat is hier in vredesnaam aan de hand? Ik had nog nooit gevoetbald, ging mee voor de gezelligheid. In die kolkende wedstrijd liep ik het voetbalvirus op, ik werd er compleet crazy van. Ik heb het virus nog altijd onder mijn leden, er is geen vaccin tegen. Dat hoeft ook niet, het virus is ongevaarlijk.’
Jan Teske (72) aan het woord. 1971 wordt door hem in gouden cijfers gekalligrafeerd. Dat jaar trouwt hij Annet, de liefde van zijn leven, en hij sluit nog een liefde in zijn hart, voetbal. Hij wordt lid van SVLV, koopt kicksen, shirtje, broekje, kousen en scheenbeschermers (‘Van de club kregen wij niks’) en een haarband (‘Toen al wapperden mijn haren in de wind’) en dartelt de groene grasmat op, om in het 11e (‘Ik moest ergens beginnen, ik was een onbeschreven voetbalblad’) zijn eerste voetbalkunsten te vertonen.
Heavy Metal
Op het aanbellen van de LAV-reporter doet Annet (rank, slank en hartelijk) de deur van de Voorschotense woning open. Achter haar heeft Jan zich al opgesteld (‘Wat voor vogel komt er nu binnen?’, lijkt hij te denken), de hond (Ivy) snuffelt even aan de bezoeker, hij geeft zijn goedkeuring: ‘Kom maar binnen.’ Jan, 1 meter 75, heldere blik en de lange haren ongeveer á la voetbalgenie Zlatan Ibrahimovic en gitarist Janick Gers en drummer Nicko McBrain van Iron Maiden, met een elastiekje bij elkaar gebonden.
Heavy Metal-liefhebber? Ongetwijfeld. Fanatiek fan van Metallica (‘Die ook unplugged tot grote muzikale hoogte komt’) en The Allman Brothers Band (‘Wij hebben onze zoon vernoemd naar Duane Allman, dan weet je het wel’). Teske knikt instemmend bij namen als Black Sabbath, Motörhead, The Pretty Things en Deep Purple. Voor een nieuwe release van The Rolling Stones ging hij vroeger al ’s nachts voor de winkel liggen. Later komt Jan in rustiger muzikaal vaarwater. Hij prefereert The Hollies, The Spencer Davies Group en The Kinks boven The Beatles, hoewel de elpee Abbey Road van The Fab Four nog regelmatig op de draaitafel ligt. The Outsiders, The Motions, Q65 en de indo-rock-bands (The Tielman Brothers voorop, gevolgd door The Black Dynamites, The Hot Jumpers en The Bintangs, hoewel blank, niet te vergeten) hebben mede zijn muzikale smaak bepaald. ‘En die van Annet,’ wil Teske gezegd hebben.
Kinderen van de jaren ‘60
‘Wij zijn kinderen van de roerige jaren ’60, van de Afghaanse jassen, het lange haar heeft toen voor de nodige commotie gezorgd,’ weet hij nog. Beter langharig dan kortzichtig, luidde de boodschap van de opstandige jeugd. ‘Een maand nadat ik afzwaaide als soldaat hadden de langharigen het pleit gewonnen. Je mocht je haar zo lang dragen als je wilde, tot aan je billen zelfs.’
De LAV-verslaggever en gastheer, voormalige voetballer, (jeugd)leider en grensrechter zouden broers kunnen zijn. Hun liefhebberijen, interesses en werkzame levensloop gaan hand in hand. En beiden spreken liefdevol over hun “meisjes”. Leuk, aan één kant, maar na anderhalf uur is het toch echt tijd om de agenda van deze middag af te werken. Er staat één onderwerp op: voetbal. Niks geen verhalen over de hippietijd, de minirokken, wijde broekspijpen, cowboyhoeden en -laarzen meer, ook niet over de brommers van Puch. ‘Weet je hoe en waar Annet en ik elkaar hebben leren kennen?’, probeert Jan Teske. Jammer voor hem: SVLV, hoe zat dat precies? Teske zwicht en vertelt.
Werkweken van 60 uur
Lang werd gedacht dat Sportvereniging Laurentius Voorschoten (SVLV) de oudste voetbalclub van het dorp was. Later werd een illustere voorganger ontdekt: vv Berensteyn, een team van de gelijknamige kostschool. Opgericht in 1902. Maar ook dat blijkt een omissie, zo staat te lezen in het door Hans Douw geschreven 125 Jaar Voetbal in Voorschoten. Er was een voetbalploeg die nog eerder in Voorschoten acteerde: de Voorschotense Sportclub Noorthey. Geboortedatum: 4 oktober 1889. Een jaar na de oprichting fuseert Noorthey met Berensteyn, lid van de Nederlandse Voetbal- en Atletiekbond NVAB, een verre voorloper van de KNVB. Noorthey behoorde tot de eerste dertig voetbalclubs van Nederland. Drie keer per week werd er gedurende 2,5 uur op de kostschool gevoetbald. Dat waren nog eens tijden. Maar genoeg historie.
Een “voetbalgekkie” werd Jan, een laatbloeier. Een redelijk fanatieke rechtsbuiten, snel, geen ego, een aangever die zich onderscheidde door loepzuivere passes. Zo karakteriseert Jan zichzelf. Dus niet iemand die door roeien en ruiten ging om een plaats te veroveren in de hoofdmacht. ‘Dat klopt,’ zegt hij, neemt een pauze en vervolgt dan: ‘Ik werkte in een drukkerij en maakte werkweken van wel 60 uur. Zwaar werk, geen probleem, je bent jong, pas getrouwd. Je wilt bouwen aan je toekomst. Annet dacht er net zo over. Naast mijn werk had ik behoefte aan ontspanning. Dat werd voetbal, nadat ik die wedstrijd op Wembley had gezien. Als hengelen op mijn pad was gekomen, zou ik misschien zijn gaan vissen. Toen pakte voetbal mij en heeft me nooit meer losgelaten.’
Jan Teske mijmert, denkt terug aan die gedenkwaardige 3-daagse in de wereldstad. De Nederlandse doelpunten kwamen van de voet van Dick van Dijk (5e minuut) en Arie Haan (86ste minuut), ingevallen voor Sjaak Swart. Nico Rijnders die plaats moest maken voor Horst Blankenburg. Heeft hij nog foto’s van toen, het plaatsbewijs? Nee, Jan is net als zijn voetballende broers Chris en Jacques: bewaren is geen hobby. Jammer.
Teske weet toch nog te vertellen dat hij Annet ontmoette in de Marathon, het beatwalhalla van Den Haag. Zelf zong hij een blauwe maandag in The Ox en speelde mondharmonica. ‘Het mocht geen naam hebben,’ bagatelliseert hij deze eerste en laatste schreden in de showbusiness. Er zijn dansavondjes in De Groene Kikker, waar de huisband De Tarantella’s dé trekpleister is. Het werd “echter” tussen Annet en Jan, dus tijd om eens kennis te maken met de schoonfamilie. Om een goede eerste indruk te maken liet Jan zijn haar “snijden”. Achteraf bleek dat niet nodig te zijn geweest, Jan viel ook bij de familie Zwetsloot in de smaak. Dus: verliefd, verloofd, getrouwd, en nog steeds hecht met elkaar, op de kop af 50 jaar. Dat heet liefde.
Jeugdleider
Genoeg, er moet gevoetbald worden. Na de veel te drukke werkweken in de drukkerij weet Jan met voetballen een burn-out resoluut buiten de deur te houden. Geleidelijk aan weet hij stapje-voor-stapje op te klimmen, tot in de buurt van de selectie. Een vaste kracht binnen dat elitekorps weet hij niet te bemachtigen. Op de bank zitten en bij een royale voorsprong minuten pakken, is het hoogst haalbare. Niet tot zijn verdriet. Teske peurt het plezier uit de wedstrijden met zijn maten.
Tegen het einde van zijn voetballoopbaan, die in voetnoten in de geschiedenisboeken van SVLV wordt genoemd door mannen als Hans Douw en Jan van Bemmelen (B.V.’ers – Bekende Voorschotenaarders net als Teske) richt hij zich op de toekomst, op de jeugd. Teske wordt leider van de jeugdselecties D1, C1 en B1, neemt ook plaats in het Jeugdbestuur, met achtereenvolgens Rinus Pieterse, Joop Schrama en Teun van Tol als voorzitter. Hij weet samen met trainer Ronald de Visser met de C1 van Voorschoten ’97 3de klasse landelijk te halen, een niet geringe prestatie. De Cup van het Leidsch Dagblad brengt hij naar Voorschoten, speelt promotiewedstrijden en vecht tegen degradatie.
Dat alles op zijn manier: rustig, niks geschreeuw en gestamp of gescheld langs de lijn. Zo zit hij niet in elkaar. Trouwens, nog steeds niet. Hij praat veel, dat klopt, maar op een aangename toon. Borstklopperij is hem absoluut vreemd. Intussen speelt hij ook zijn partijtje in een vriendenteam van Voorschoten ’97 en wordt ongeslagen kampioen. En de 3e helft vindt hij minstens zo belangrijk als de 2×45 minuten ervoor. En Annet? Zij ziet het allemaal aan, “haar” Jan voelt zich gelukkig, tevreden en blij. Bij een niet nader te noemen club (waarom zouden wij?) wordt Teske “verrot geschopt”. Er komt een acuut einde wat pas na zijn 20ste zijn sportieve hobby werd. De niet meer onder ons zijnde Niek “statistiek” Hulzebos heeft nog eens beschreven dat Jan in één wedstrijd 4x scoorde, daar werd over gesproken.
‘Tegen Foreholte werd ik in de spits opgesteld, want Teske zou weer voor een wonder zorgen, niet dus. De Voorhoutse club zette twee man op mij, het werd niets, nada, niente. Voetbal kan wreed zijn: de ene week ben je alles en daarna nobody.’
Teske heeft nog een vermakelijke anekdote op zijn repertoire: ‘We speelden in de 5e klasse zaterdag tegen Kagia. Jan van Bemmelen was de coach van Kagia. Hij moest winnen om kampioen te worden. Het bleef maar 0-0 en Jan werd een beetje zenuwachtig. Hij bood een kratje bier aan als Kagia zou scoren en SVLV niet. 0-0 bij de rust, 0-0 in de 2e helft. Dat ene kratje bier werden er 2, 3 en zelfs 4. Bij het 5e kratje ging het lopen bij de Lisserbroekers. Uiteindelijk werd het 3-0, Jan kampioen en wij het bier. Jan zal het zich wel herinneren.’
Als grensrechter heeft de in het “grote Leidse ziekenhuis” geboren Voorschotenaar viel drek over zich heen gekregen, meestal ten onrechte. Hij doet dat af met de woorden: ‘Vlaggen is een rot baan, vooral wanneer de toeschouwers dicht in je buurt staan. Dan kun je beter doof zijn.’
Hij is ook iemand die de hand in eigen boezem steekt wanneer datzelfde publiek hem terecht uitfluit. ‘Het was tegen Rijnsburgse Boys, er wordt door de Rijnsburgers gescoord. Ik vlag voor buitenspel, doelpunt afgekeurd. Ik bleek het tenue van onze keeper te hebben aangezien voor het tenue van de boys. Stom natuurlijk.’
Zoiets is ook eens gebeurd bij een wedstrijd tegen DoCoS. Bij een andere wedstrijd werden ome Piet en tante Door, fanatieke supporters van SVLV A2, met een rode kaart weggestuurd. Ze mochten drie wedstrijden niet op het complex komen. Wat deed het echtpaar? De wedstrijden werden vanuit de bosjes gevolgd…. Dat zijn verhalen! Nog een kopje thee? Ja lekker, nu graag met een brok door Jan gebakken speculaas, bestrooid met amandelen, erbij. Kook je ook? Weer die bevestigende blik en een knikje met de bol, niks bijzonders lijkt het.
Hij vertelt over zijn broers Jacques en Chris: ‘Jacques was een uitstekende voetballer, had alles om jaar-na-jaar in het 1ste te spelen, een complete voetballer. Ook een beetje eigenwijs was hij. Daar is niks mis mee. Totdat de trainer hem op de bank hield en Jacques op het laatst de wei instuurde met de woorden: ‘Ik geef je 5 minuten voor 3 doelpunten.’ Dat kan je beter niet tegen Jacques zeggen. Hij schopte er 3 in, liep naar de kant en zei: ‘Zo goed trainer?’ en nam plaats op de bank.’
Met broer Chris heeft Jan ook veel gevoetbald: ‘Chris was een echte SVLV’er, kon lekker ballen. Hij schreef mee aan het boek Wel & Wee 50 jaar SVLV . Hij woont alweer heel lang in Leiderdorp, waar hij bestuurslid van RCL is geweest en het boek 100 jaar RCL Samen schreef. Wanneer je Chris niet interviewt, kijk ik je nooit meer aan. Hahaha.’ En Jacques? ‘Zoals gezegd, de beste van ons drieën.’ Kunnen we een dezer dagen een foto van de 3 broers maken? ‘Zal niet makkelijk zijn. Daar staat het hoofd van Jacques niet naar, hij is mantelzorger voor zijn vrouw. Misschien in de toekomst.’
Hij herinnert zich nog “praatsessies” van trainer Bart Thelen, wanneer het tegenzat of het binnen teams niet boterde; de geestelijk adviseur die vergaderingen met de christelijk groet opende; het praten met jonge gasten die wegens wangedrag het veld waren uitgestuurd; de wedstrijden bij Heineken waar de pilsjes haast voor niets werden geschonken, en het feest van een “vruchtbaar elftal”. Wat is dat Jan: ‘We vierden een kampioenschap of promotie in De Oude Tol in Sassenheim. We waren jong, pas getrouwd, beginnende gezinnetjes. De baby’s werden meegenomen, dat was een uitje. Ze kwamen met een ledikantje, een looprekje. Prachtig.’ Ook namen de veteranen deel aan toernooien, zoals op een camping. Een hele dag, met een BBQ als finale. ‘Dat was in Lisserbroek. Baby’s, peuters, kleuters, wij allemaal genoten van zo’n dag. Dat waren de “vruchtbare” tijden.’
De “ouwe rocker” is nu min of meer in ruste. Min of meer. Pratend over de jaren ’60 en ’70 en later, lijkt het vuur van toen nog niet gedoofd. Ook Annet, die volop actief is voor De Zonnebloem en Stichting Aletta Jacobs, steekt niet onder stoelen of banken dat die tijd “machtig mooi” was. Toen werd er voluit geleefd, zonder teveel verplichtingen of andere sores aan het hoofd. Vrij en blij. Namen passeren de revue: de broertjes Frans, Peter en Adrie Hendriks, Barry van Haaren, Sjaak Glasbergen, Jan van Oosten, Matthew van Tol. En Piet Wezepoel, de jazzliefhebber, de EHBO’er altijd aanwezig om pleisters te plakken waar dat nodig was. Voor op de tong de namen Dylan en Nick, de zonen van dochter Sasja, die zelf een paar jaar heeft gevoetbald. De kleinkinderen, die weer hún geschiedenis gaan schrijven. ‘Nog een kopje thee?’ vraagt Annet. ‘Ja, lekker, graag met een brok speculaas, als ik niet te brutaal ben.’ Buiten regent het dat het giet, binnen heerst harmonie… het lijkt al een beetje Kerstmis.
Het clublied van SVLV
En waar men komt wordt er aan sport gedaan
Het voetbal is nog lang niet van de baan
Maar je moet steeds blijven trainen
Voor goed gespierde benen
Per slot van zaken moet je toch ’n doelpunt maken:
Wie doet er mee, wie speelt er mee in SVLV en
Maakt men er ’n goal dan hebben we jool bij SVLV
Tekst en muziek: de heer en mevrouw Beijlen.
‘Jan Teske was een oase van rust’
Hans Douw: ‘Jan Teske was mijn leider in het seizoen 1996-1997. Dat ging toen om SVLV zaterdag 1, dat in de 5e klasse van de KNVB uitkwam. Dat was het laatste seizoen in het bestaan van SVLV. Wat ik mij vooral herinner, is dat Jan een oase van rust was in een weerbarstig elftal. In het veld kon het er stevig aan toe gaan, maar Jan hield altijd overzicht en bewaarde rust. Hij was de ideale leider van dat elftal, samen overigens met Bart Thelen. Hij hoedde als een vader over zijn voetballers. Hoogtepunt dat jaar was de bekerwedstrijd tegen FC Lisse 1, dat op dat moment top van Nederland was. FC Lisse speelde in de top van het zaterdagamateurvoetbal in de hoofdklasse, dat toen het hoogste amateurniveau van Nederland was. Het bleef heel lang 1-1 (op Ter Specke), pas in de laatste 10 minuten capituleerden wij (3-1). Jan beloonde de prestatie met een (extra) biertje en bitterballen.
‘De anekdote over de kratjes bier klopt, maar niet helemaal’
Jan van Bemmelen: ‘Het verhaal klopt inderdaad, echter volgens mij wonnen wij met 5-1 (3x Richard Trompert en 2x Jeffrey den Butter). Doordat UVS gelijk speelde tegen TAVV was Kagia kampioen. De spelers van SVLV hebben toen niet op een houtje hoeven bijten. Hahaha. Naast de kosten voor de clubkas kostte het mij persoonlijk ook nog eens 50 gulden aan bier voor de mannen van Jan Teske. Mooie tijd geweest. Ik ben nooit trainer van Jan geweest, volgens mij speelde hij ook niet in de A-selectie. Jan herinner ik mij als een markante figuur, zoals je die niet elke dag tegenkomt in het voetbalwereldje.’
Foto’s: Archief Jan Teske
Actuele foto’s: Annet Teske-Zwetsloot