Roodenburg verdiende j.l. zaterdag de eerste drie punten van het seizoen. Mede door de inbreng van Erwin Verkuylen wonde ploeg van Patrick Kamperveen met 0-2 bij het toch niet zwakke SVC’08.
Verkuylen scoorde twee keer en veroorzaakte een elfmetertrap, die werd gemist door Wesley Lancel. Daags na het duel liet onze redactie de gevierde man aan het woord.
Je had het flink op de heupen. Genoten zeker?
,,Het ging dit keer lekker, ja. Iedereen had er zin in. Dat klinkt logisch, maar vorige week gaven we niet thuis bij de opening van het seizoen. Nu waren we tot op het bot gemotiveerd en zie daar het resultaat. Vanaf minuut 1 knalden we erop en alles kwam naar boven van onze kwaliteiten. De combinaties verliepen nu ook veel beter dan een week terug.”
Jouw goals waren bepalend voor de overwinning. Kwam de zege makkelijk tot stand?
,,Bij rust stonden we al wel voor, maar eigenlijk was de 0-1 een magere afspiegeling. Henk de Nobel en Adem Aksoy kregen ook uitgelezen kansen om ons verder afstand te laten nemen. Na de rust kregen we het wel lastiger, maar echte gevaarlijk werd het niet heel vaak. Zij probeerden het met lange ballen, maar daar hadden we goed het oog op. Dat we de wedstrijd beslisten was zeker terecht te noemen. Nu moeten we nog gaan zorgen voor regelmaat, want het was een wereld van verschil met vorige week.
Hoe is de overstap naar Roodenburg jou bevallen?
,,Op een zeker moment kon ik het voetballen bij Rijnvogels niet meer combineren met het opstarten van een eigen bedrijfje. Ik trainde op een zeker moment na de winterstop al mee bij Roodenburg, maar ik mocht van de KNVB niet deelnemen aan wedstrijden. Via José Monfils en Patrick Heijmans was ik al benaderd en de nieuwe trainer heeft mij ook snel gebeld. Mijn broer speelde al hier en daarnaast ken ik heel veel jongens die hier rondlopen. Dus ik voelde al heel snel als een vis in de oceaan. Bij Rijnvogels moest ik drie keer per week trainen en dat is nu twee keer. Ook beginnen we hier later aan de training en dus past het veel beter in mijn werkzame leven.”
Roodenburg heeft een grotendeels nieuw gezicht en dat gezicht lijkt snel herkenbaarder te worden. Klopt dat?
,,Het was voor de trainer passen en meten met een grote selectie. De voorbereiding was niet zo heel lang en dat was hier wat lastiger dan elders, omdat er ontzettend veel nieuwe jongens kwamen spelen op Noord. Inmiddels staat er een fantastisch leuke groep, die nog meer naar elkaar is toegegroeid na het trainingsweekend in het oosten van Groningen. Het spelplezier druipt er nu vanaf en ik ben van mening dat dit de basis vormt voor aansprekende resultaten. Dat is de juiste volgorde.”
Hoe zou jij jouw rol willen beschrijven binnen het team?
Ik ben met mijn dertig jaar één van de spelers met de meeste ervaring. Heijmans en ik moeten dus onder meer zorgen om de kar te trekken. Verder ben ik blij dat ik regelmatig onder onze spits kan komen, zoals dat heet. Lancel houdt de bal daar goed vast en daar pluk ik de vruchten van.
MVV’27 is de volgende opponent. Blijven de punten nu wel in Leiden? Vorig seizoen was Roodenburg immers ook al het meest succesvol op bezoek bij andere verenigingen.
,,Voor mij is het zeker dat de punten in Leiden-Noord blijven. Dan hebben we een goede start van de competitie en van daaruit zien we wel wat we kunnen neerzetten in deze klasse. Een positie in de middenmoot moet haalbaar zijn. Het is voor de trainer in elk geval een geschenk dat de trainingen massaal worden bezocht.”
Verkuylen begon zijn voetballoopbaan bij DoCoS, om vervolgens te belanden bij de A-jeugd van ADO. Na Katwijk, Noordwijk en dus FC Rijnvogels is de middenvelder dus weer terug in de sleutelstad.