vrijdag, april 26, 2024
HomeVierde klasseRoodenburgDe eerste generatie...

De eerste generatie…

-

Het jaar loopt ten einde en het is vaak een rustmoment om terug te kijken. 2020 is een bijzonder jaar geworden, waarbij velen uit een roes zijn ontwaakt. Het gehaaste leven, de vliegvakantie, overal naar toe , spelen voor publiek en nu even niets van dit alles. Een jaar, waarin diverse Roodenburgers overleden zijn. Een tijd om te herdenken en te overdenken.

Ik neem u mee naar het begin van de 21ste eeuw. Langzaam begint de vereniging te verkleuren. Als we spreken over de eerste generatie, dan hebben we het hier over het in de club verschijnen van de “donkere jeugdspelers “. In die tijd werd een allochtone jeugdspeler mondjesmaat toegelaten tot de voetbalclub. Alleen bij UDWS kon je zo binnen stromen en kreeg je voetbalschoenen op de koop toe. Bij de topjeugdteams van Leiden heerste voorzichtigheid. Onbekend maakt onbemind.

Roodenburg stelde zich op standpunt dat iedereen een kans moest krijgen. En zo ontstond er een gemengd team op basis van kwaliteiten. Roodenburg B1.  Aan de ene kant “Kaassie” en Robin, Eli, Patrick, Wesley en aan de andere kant, die moeilijk uitspreekbare namen. Arno Lancel is hun eerste jeugdtrainer. Arno is gedreven, wil dat zijn spelers betere voetballers worden, maar hecht net zo veel waarde aan teamdiscipline. Alle spelers zijn gretig, want deze trainer toont respect naar alle spelers en trekt niemand voor. De beste spelers worden opgesteld, kleur speelt geen enkele rol. Voor menig speler met een kleurtje is dat een bijzondere gewaarwording.

Arno begeleidt deze groep een aantal jaren, behaalt zijn eerste trainersdiploma’s en kan daardoor aan de slag met ons eerste elftal waarbij hij gebruikt maakt van diverse van de door hem opgeleide jeugdspelers. Bijna wordt er gepromoveerd, doch in een beslissingswedstrijd tegen ODB valt het kwartje de verkeerde kant op. Het zijn emotionele tijden voor de coach en Arno vertrekt. Hij verkiest de luwte en wordt 2de trainer bij FC Lisse. Een baan, die op zijn lijf geschreven blijkt te zijn, want hij wordt de langstzittende 2de trainer in deze omgeving.

Ik kwam tot dit artikel omdat ik op eerste Kerstdag zat te kijken naar het Kerstconcert van omroep MAX. In die Kerstshow zat een groot Leiden Noord gehalte. We kregen een optreden te zien van Willeke Alberti met Mart Hoogkamer. Ze zongen het lied SAMEN ZIJN.  Mart heeft vast en zeker wel eens opgetreden bij de club en behoort tot de vriendenkring van Manny de Bruin, de kleinzoon van …… en is afkomstig uit Leiden Noord. Net als zanger Wesley Klein, de zoon van Richard. Vader en zoon hebben een Roodenburg verleden.

Verder was er een optreden van Brahim en Bilal Lakhal. Brahim was één van die voetballers, die in de begin jaren deel uitmaakte van het team van Arno. Hij haalde het eerste elftal en kreeg de kans om jeugdtrainer bij de club te worden. Een allochtoon als jeugdtrainer was in die tijd uniek, maar hij kon functioneren als een “voorbeeldfiguur” voor anderen. En jeugdtrainer zijn, was goed voor je C.V.

Brahim kwam bij het jongerenwerk en dankzij een stabiele omgeving, waar de voetbalclub al decennia lang deel van uit maakt, kon hij zich verder ontwikkelen. Tegenwoordig is Brahim influencer , is veel in de weer met zijn broertje die het syndroom van Down heeft. Brahim is een bekend Nederlands vlogger geworden en heeft zijn plek in de Nederlandse samenleving gevonden.

Maar Brahim had meer ploeggenoten, die kennis maakten met voetbal en de Nederlandse maatschappij. In de tientallen jaren dat er voetballers op Noord zijn opgeleid, is er altijd veel aandacht geweest voor de maatschappelijke carrière van alle spelers.
Voetballen was één, de situatie thuis, de schoolontwikkeling, de arbeidssituatie waren twee. Dit begon al 50 jaar geleden. Pater de Ponti leidde het clubhuiswerk in Noord en veel “voetballende jongeren “ waren  doordeweeks in de clubhuizen te vinden. Op zondag als het eerste elftal thuis speelde, behoorde de pater tot de vaste toeschouwers. Langs de lijn met de jeugdvoorzitters Willem van de Drift en Daan Fasseur werden er over en weer nieuwtjes uitgewisseld van de jeugd. Er was maar één doel: iedere jongen op het goede pad houden!!

Later nam Nico Vogelenzang die taak op zich. Nico deed dat op zijn manier. Piste er een jongen buiten de pot, dan zocht Nico contact en dat ging dan zo : “Zeg eens pik, waarbij hij de ene keer de speler omarmde en de ander wel eens in de nek kneep, met maar één doel. De jongens de juiste richting in duwen. Voor menig jongen was Nico een vaderfiguur, waar men op kon terug vallen. In de zomer kon Nico de spelers daarbij wel eens financieel helpen. Veel jeugdspelers hadden dan een vakantiebaan bij de typemachinefabriek Adler. Er waren meer banen, dan dat er werk was!!

Die zorg vanuit de club, vaak onzichtbaar, maar zo belangrijk is lang onbeschreven gebleven. Brahim vertelde in het interview, dat hij dankzij voetbal de juiste weg heeft gevonden, waarbij hij de juiste mensen op zijn pad is tegengekomen. Maar Brahim was niet de enige speler met een kleurtje in dit team.
Via Google ging ik  naar hen op zoek om er achter te komen, hoe het de andere spelers met een kleurtje van dit Roodenburg B1 is vergaan. Spelers, waarvan de buitenwacht het idee heeft, dat je portemonnee verre van veilig is, met die gasten in je buurt.

Gurbey Ocak was van Turkse komaf en zijn vader was nauw betrokken bij het wel en wee van de jongens. Mee rijden naar uitwedstrijden was voor hem geen probleem. Gurbey speelde de gehele jeugd bij onze club en een paar jaar in de senioren. Door studie moest hij echter stoppen met voetbal. Veel allochtone voetballers denken, dat als je profvoetballer wordt, dat je het dan gemaakt hebt. Doorstuderen en voetballen is een veel betere combinatie. Gurbey is momenteel internist – nefroloog in een ziekenhuis te Nieuwegein. Hij heeft diverse publicaties achter zijn naam staan.

Chafik Ochan was het loopwonder op het middenveld. Moet hij niet naar de middellange afstand bij de atletiek, was een vraag, die wij ons stelden. Chafik kwam in ons eerste, zwierf langs meerdere clubs, kwam een keer terug en houdt van de warme zaal, net als zijn boezemvriend Bilal Baddouri, die hij via het voetbal leerde kennen.
Chafik studeerde aan de Hoge School Leiden en is nu Human en Resourcespecialist bij DHL.
Bilal Baddouri kwam vele jaren uit voor Roodenburg 1. De vader van Bilal hield altijd een oogje in het zeil. Bilal studeerde in Leiden fiscaal recht, werkte voor PWC, een internationaal accountantskantoor  en werkt nu als fiscaal manager bij Engie Nederland. Hij is vooral gespecialiseerd in indirecte belastingen.

Een ander teamspeler Nourdin Salhi zocht zijn heil eveneens in het fiscaalrecht. Nourdin is specialist vennootschapsbelasting geworden en verantwoordelijk voor alle aangiften bij een groot accountantskantoor

Zakaria Bounif, was een paar jaar geleden nog op TV. Rutger Castricum bezocht diverse Marokkaanse gezinnen, voetballers in zijn programma Marokko – Op 1. Hier liet hij zien hoe het voetbal beleefd wordt in deze gezinnen. Zakaria is kapper en veel voetballers weten zijn zaak te vinden.  Je kan stellen, dat al deze jongens, nu jonge mannen goed terecht zijn gekomen en dat ze daarmee de verwachting van menig Nederlander loochenstraffen.

De vraag, die ik mij zelf en die bovengenoemde spelers zich zouden moeten stellen , luidt: Zou dat in die tijd bij een andere club eveneens gelukt zijn? En hoe zien zij hun rol voor de toekomstige jeugd, want er zullen nieuwe Arno’s moeten opstaan?

Voor menig club waren allochtone jongeren twintig jaar geleden vreemde wezens. Buiten de deur houden, die gasten. Je kunt er geen gezellig biertje mee drinken. Ons streven was om teams 50/50 te formeren. De ene club nam ze op, bij de ander mochten ze lid worden, maar kwam men als jeugdlid niet in de selectie. Andere clubs gebruikten een smoes om ze te weren. Het lukte ons en de scholen niet om gemengde teams te blijven formeren. Zo ontstonden er zwarte scholen en zwarte clubs. Iets waar met argwaan op word neer gekeken.

De gemeente Leiden gaf in die jaren al aan, dat er veel nieuwe woningen in de buurt van Roodenburg zouden komen. Hierdoor zou de kans op gemengde teams toenemen.  Het is er nog niet, maar één ding is er wel. Roodenburg is nooit weggelopen voor de maatschappelijke functie, die een vereniging heeft. Voor velen is de club een veilige thuishaven, waar met respect naar wordt terug gekeken. Waar het prettig is om samen te zijn. Het samen zijn, dat zo mooi bezongen werd door Willeke en Mart.

Met de wens, dat in 2021 dit samenzijn kan worden hersteld, wens ik u allen een gezond en coronavrij 2021 toe.

Jan Lovink, Roodenburg

 

Must Read