vrijdag, april 26, 2024
HomeColumnColumn: De voetbaltrainer

Column: De voetbaltrainer

-

banner columnJe hebt ze in alle kleuren en maten. Rood, paars, spierwit en som zelfs groen en geel. Atletisch, ‘alsof er na twintig jaar nog geen gram bij is gekomen’ en met een ‘iets’ te dikke buik in een slobberig zittend donkerblauw colbert.

Ze hebben dingen gemeen. Zo staan ze heel vaak met hun armen over elkaar tijdens het eerste deel van de warming up. Met af en toe een mager lachje op hun gezicht of een opgestoken hand naar een bekende die op de tribune zit. Soms zoeken ze elkaar even op, gewoon op het veld zo vlak voor de wedstrijd. Een ferme hand met daarop volgend: ‘ben je compleet? volledig op oorlogssterkte? was het echt zo dramatisch vorige week? we gaan er een mooie pot van maken, ik spreek je straks nog wel. Fijne wedstrijd jullie!’.

Ik ben natuurlijk een vrouw dus kijk waarschijnlijk naar andere dingen zolang ik niet met de wedstrijd bezig ben. Dan zie ik een coach-jas waar de rits niet meer van dicht kan, door dat buikje en dan denk ik: zou hij de coopertest nou ook nog meedoen? Oh en ik kijk ook altijd naar schoenen, die maken toch ook een beetje de man.

Je hebt hele stille en vreselijke standjes. Op het veld dan welteverstaan want die laatste categorie lijkt een allergie voor een groen veld met een witte lijn eromheen te hebben. De ‘stille’ krijgt vaak commentaar van de vijfde colonne: ‘je hoort hem nooit’, wanneer trekt ie zijn bek ’s open’ of ‘kan ie eigenlijk wel praten?’. Terwijl die ‘stille’ gewoon alles al gezegd heeft, tijdens de training, in de technische bespreking of hij sluit eerst de deur als ie in de rust los gaat in de kleedkamer. Dat maakt de man niet minder fanatiek, dat maakt niet dat de ‘stille’ niet wil winnen. De ‘stille’ is gewoon stil.

Vreselijke standjes gooien met plastic stoelen, reageren op het publiek achter zich, noemen de scheidsrechter een pannenkoek en maken hun eigen spelers uit voor achterlijke gebakjes. Vreselijke standjes lopen wild door hun vak en gaan daar ook altijd uit, die gaan soms een streepje te ver zeg maar. En ik, ik vind het fijn als het me lukt ze niet met stoelen te laten gooien, gewoon omdat ik voor de wedstrijd even tegen ze zeg dat wij nog niet aan nieuw meubilair toe zijn.

Er tussenin zit nog de ideale schoonzoon, het grote voorbeeld van de club, het mooie visitekaartje. Charisma. In de bollenstreek heb ik een favoriet. Zijn warming-up alleen is al een genot om naar te kijken, middenin zijn groep, grote motivator en in zijn vak immer netjes maar ook bloedfanatiek.

In de Topklasse is het tegenwoordig in om een overhemd, met club-logo, een lichtgrijze trui, met club-logo en daarboven een donkerblauw colbert te dragen. Ik kan deze man altijd alleen maar betrappen op het witte overhemd dat uit zijn broek, net onder die grijze trui vandaan komt. Verder is ie onberispelijk, heerlijk.

Neemt niet weg dat ik onder de standjes ook favorieten heb, gewoon omdat ze zo voorspelbaar zijn en ze mij aan het lachen maken. Omdat als ik met mijn vinger zo’n kijk-beweging onder mijn oog maak richting de andere bank, ze gelijk weten dat ze zich belachelijk gedragen en er verlegen om lachen.

Afgelopen zaterdag tijdens de warming up viel mijn oog op het vak van onze tegenstander en keek ik daarna een beetje sip naar het onze. Ik heb er nooit bij stilgestaan, of er nou regels zijn voor de grote van zo’n vak, maar die van hem was gewoon minstens 30% groter dan die van ons. Er zijn onbeschreven regels in de voetballerij, zo ook dat je als staf elkaar een hand geeft en een prettige wedstrijd wenst. Ik wees hem op de grote van zijn vak en hij zei: ‘San, je hebt er ook die veel ruimte nodig hebben’.

 

 

 

Sandra Akerboom
Sandra Akerboom
Columniste, RCL, rots in de branding sinds 2013, ontaard lief, altijd behulpzaam, vrouw in de redactie, sandra@leidenamateurvoetbal.nl

1 REACTIE

Reacties zijn gesloten.

Must Read