zondag, april 28, 2024
HomeVoetbalnieuws-leidenDe amateursport ligt rücksichtslos op de rug..

De amateursport ligt rücksichtslos op de rug..

-

Iedereen heeft zo zijn of haar mening over het feit dat het amateurvoetbal stil ligt. En dat mag. Onze redactie kwam een column tegen van Sjoerd Mossou en de redactie meende om deze column te moeten delen op deze website.

Columnist Sjoerd Mossou wil hier niet oproepen tot burgerlijke ongehoorzaamheid over het stopzetten van amateurvoetbal. ,,Vreemd dat al die duizenden amateurclubs zo snel en zo rücksichtslos op hun rug zijn gelegd, zonder genade.”

We zagen horecabazen en piloten, sportschoolhouders en theatermakers, museumdirecteuren en Arie Booms­ma’s. Werkelijk elke denkbare sector mocht komen mopperen in talkshows, op de radio, in de krant. Iedereen, behalve dan ons grootste cultureel-maatschappelijke bindmiddel, de rode draad door ons landschap, onze enige echte openluchtreligie. Over het amateurvoetbal hoor je amper iemand.

Dat is best wel gek. In Nederland voetballen grofweg één miljoen mensen, verdeeld over zo’n drieduizend amateurclubs. Al die clubjes liggen als een lappendeken verspreid over onze dorpen en steden, samen een infrastructuur vormend die werkelijk uniek is in de wereld. Geen enkel geloof, geen enkel theaterstuk, geen enkel muziekgenre en geen enkele andere sport verbindt Nederlanders zo innig als het amateurvoetbal. Het is de hobby van alle rangen, alle standen, alle kleuren, alle leeftijden.
Je zou kunnen zeggen: dat is het probleem nou juist. Aangezien we sociale contacten in deze coronatijd moeten vermijden, moest dat amateurvoetbal zo snel mogelijk plat. Nou ben ik geen Willem Engel, allesbehalve zelfs, maar daar valt best veel tegenin te brengen natuurlijk.

Mijn zoon van twaalf zit vijf dagen in de week in een klaslokaal met dertig kinderen, maar op zaterdag mag hij geen potje voetballen tegen een club uit een dorp verderop.

Vooruit, dat de kantines dicht moesten was onvermijdelijk. Maar als je als ­kabinet dan toch gaat afwegen, ontdek je in het amateurvoetbal weinig brandhaardpotentie, daar hoef je geen Ab Osterhaus voor te heten, en er is geen statistiekje te vinden dat het tegendeel beweert. Logisch ook. Amateurvoetbal speel je buiten. Gemiddeld staan er zeven vaders en drie moeders rond een veld van pakweg vijftig bij honderd meter. Sporten is gezond. De kans op besmetting bij voetbal in de open lucht is (aldus de sportartsen die het onderzochten) verwaarloosbaar klein.
Toch werd publiek al in september verboden bij amateurwedstrijden. Een paar weken later werden alle competities stopgezet, inclusief die voor de jeugd. Curieus toch wel: mijn zoon van twaalf zit vijf dagen in de week in een klaslokaal met dertig kinderen, maar op zaterdag mag hij geen potje voetballen tegen een club uit een dorp verderop.

Rücksichtslos

Reisbewegingen, zegt u? Amateurvoetbal voltrekt zich vrijwel uitsluitend lokaal en regionaal. De Efteling is verder rijden. Aangezien er toch al geen publiek meer mocht komen, reed er in het jeugdvoetbal nog hooguit een handvol ouders naar Zevenhuizen, Zevenaar of Zevenbergen. Voor de goede orde: ik roep hier niet op tot burgerlijke ongehoorzaamheid. Er staat al genoeg ter discussie. Hoe beter we ons aan al die coronamaatregelen houden, des te eerder… Enfin, enzovoort. Maar dat maakt het niet minder vreemd dat deze regering zo achteloos met amateurvoetbal (en amateursport in bredere zin) is omgegaan. Dat al die duizenden amateurclubs zo snel en zo rücksichtslos op hun rug zijn gelegd, zonder genade.
Dat Arie Boomsma lekker door mag blijven zweten in de sportschool, is hartstikke leuk voor Arie Boomsma, maar afgezet tegen al die amateurvoetballers, dappere vrijwilligers en trouwe amateurvoetbalkijkers is het krankzinnig. Je zou het Nederlandse amateurvoetbal wat meer warme pleitbezorgers gunnen, voor bij de volgende pandemie.
Maar beter nog: geef ons een kabinet met hart voor sport, met iets meer liefde voor zulk onbetaalbaar cultureel erfgoed.

Met dank aan Sjoerd Mossou, AD.nl

Must Read