donderdag, mei 9, 2024
HomeUit de oude doosOude clubheldenOude clubheld Mat Keereweer met grijpgrage kolenschoppen

Oude clubheld Mat Keereweer met grijpgrage kolenschoppen

-

Gretig plukten de grijpgrage kolenschoppen (zonder handschoenen) van Mat Keereweer alle ballen uit de lucht

Martin van Well, Bram Brandt, Wijnand Sloos waren geblokte doelmannen die ontzag uitstraalden, hun doelgebied als getergde tijgers bewaakten. Slechts weinigen konden de moed opbrengen zich in hun buurt te wagen. Grote namen in de Leidse voetbalgeschiedenis. Eén torende er letterlijk en figuurlijk met kop en schouders bovenuit. Mat Keereweer. Wat een keeper!

Er is een tijd geweest dat iemand van 84 er ook als 84 uitzag. Ouden van dagen, wachtend op het laatste fluitsignaal na een leven van hard werken. De bejaarde-van-toen liet zich zuchtend en kreunend in een makkelijke stoel vallen, en probeerde er piepend en krakend en winden latend uit te komen. De tijden zijn drastisch veranderd. De 80-plusser-van-nu is fit, fietst zijn rondjes, wandelt er lustig op los en lijkt tien jaar jonger dan in zijn paspoort staat. Zo’n iemand is Mat Keereweer. Hij heeft als doelverdediger een staat van dienst in gouden letters geschreven en een jaloersmakende cv als trainer.

Discipline

Stipt half 2 belt de verslaggever van LeidenAmateurVoetbal (LAV) bij hem aan. Geen minuut eerder, geen 60 seconden later. Half 2 is half 2. Mat Keereweer is van de discipline. Die karaktereigenschap had hij al als actief voetballer en was ook leidend toen hij als trainer/coach zijn manschappen instructies gaf of hen langs de lijn tot grote prestaties opstuwde.

Enkele weken geleden was Mat Keereweer op de vertrouwde grond van Sportpark Noord, om samen met Hennie de Klerk, Aad de Groot en elftalleider Jan van Wezel herinneringen op te halen over het bijna landskampioenschap van Roodenburg in 1973. Binnenkort een mini-reünie met de selectie-van-toen?

De dagen van Mat zijn van uur tot uur ingevuld. De voormalige goalie doet tweemaal per week een bakkie bij zijn oudere zus, zijn zoon en kleinzoon doen als respectievelijk sportschoolhouder en horecaondernemer regelmatig een beroep op hem, vragen raad aan de ‘ouwe’, die is immers gepokt en gemazeld in het leven en koestert zijn achterkleinkind van vijf jaar (‘Een pareltje’). Mat Keereweer zou Mat Keereweer niet zijn wanneer hij het interview met LAV niet goed had voorbereid. Foto’s, plakboeken en memorabilia heeft hij bij elkaar gezocht en uitgestald, hij verontschuldigt zich: ‘Er is nogal wat verloren gegaan bij verhuizingen.’

Gebakken tegel, aangeboden aan alle selectiespelers door de Jeugdcommissie, ter gelegenheid van het kampioenschap West 2e klasse KNVB – 1965-1966. Mat Keereweer koestert dit kleinood, een herinnering aan een meer dan geslaagd seizoen.

Hij zegt met een duidelijk hoorbaar gevoel van nostalgie in zijn stem: ‘Bij het zien van dit alles is het voetballeven weer aan mij voorbijgetrokken.’ Mat behoort niet tot het leger van ‘vroeger was alles beter, leuker’. Hij leeft nu, een goed leven, met een meer en meer geaccepteerde toekomst achter zich. De ontmoeting met LAV heeft hem gedwongen de berg foto’s nog eens door te spitten. Duizenden namen en sportieve gebeurtenissen passeren de revue. Veelal met een lach kijkt hij er naar. Soms valt er een traan. Herinneringen. ‘Wanneer jij straks weg bent, gaat alles weer naar de schuur.’ Wat er met dit tastbare verleden gaat gebeuren wanneer het tijdelijke met eeuwige wordt verwisseld, weet de Merenwijk-bewoner niet. ‘In een container?’ Nu niet aan denken.

In de Leidse Hout. De R op het shirt heeft niets te maken met de beruchte Leidse Rrrrrrr. Op de foto onder meer Jan de Roode, Dries van Rooijen, Dick Bonnet, Jan Olivier, en ‘onze’ Mat Keereweer.

Complete keeper

Als doelman heerste Mat Keereweer in de 16. Hij voetbalde mee, wat later Stanley Menzo bij Ajax ook succesvol deed. Dat was nieuw, zorgde voor spektakel, dat zag het publiek graag. Ik zat op de tribune, eerst op die krakkemikkige in de Leidse Hout, later op Noord, in de ban als ik was van deze 90 kilo wegende en 1.89 meter lange, ogenschijnlijk onverstoorbare keeper. Hij beheerste het vak compleet. Dat vertel ik hem.

Mat Keereweer moet hier, volgens hem een jaar of 16 zijn. Verder onder meer Hans Verplancke (bekend van de Leidse markt en Hans’ kreet ‘Aardbeien uit eigen tuintje’) Ruud Wiggers, Koos van Weerlee, Jan de Bruijn.

‘De beoordeling over mijn kwaliteiten laat ik graag aan anderen over. Ik kan je wel zeggen dat ik voor die tijd misschien compleet was. In de lucht hadden weinigen schijn van kans tegen mij. Lage ballen pakte ik ook net zo makkelijk. Maar zo technisch, elastisch en flexibel keepers tegenwoordig zijn, daar was toen geen sprake van.’

Bij Blauw Zwart in Wassenaar, op neutraal terrein werd Celeritas verslagen en bekroonde Roodenburg het seizoen met het kampioenschap

Dan houdt Mat een verhandeling over de keepers tijdens het WK in Qatar, die de meest onmogelijke ballen konden keren. Hij roemt hun ‘duizelingwekkende reflexen’, ook of juist bij ballen met een ‘vaartje van 150 kilometer’. Dat er strafschoppen werden gestopt, wekte echter minder verbazing bij hem. ‘Ik heb ook penalty’s gestopt,’ vertelt hij zonder zweempje van trots, laat staan hoogmoed.  ‘Ik zag in een oogopslag hoe zeker een speler was, lette op elke beweging van hem, keek naar zijn voeten, taxeerde zijn aanloop. Dat alles in een flits. Ik hoefde hem niet te intimideren met een knipoog of een rochel op zijn schoen.’

Een spectaculaire ‘vangst’ van Mat Keereweer. De Leidse Courant plaatste foto over een halve pagina. Let op de handen van Mat: bloot.

Dat keepers eenlingen binnen een elftal zijn, hoeft niet nog eens onderstreept te worden. Dat is bekend. ‘Hij is een individualist, zo is hij gemaakt. Keepen zit in je genen, je kunt het niet leren. Wel kun je groeien als keeper. Door veel te trainen, veel wedstrijden te spelen en veel keepers aan het werk te zien.’

Mat Keereweer heerste ook in de lucht. In HET op Zondag (februari 2006) liet hij optekenen: ‘De 16 was van mij. Zelfs Gerard Désar (UVS) ging het duel in de lucht niet met mij aan.’

Keeperstraining? Daar gelooft Mat niet in. Trainen met de andere jongens, ja, en afwerken op het doel, ook ja. ‘Wat ik van de trainers tijdens mijn carrière het meest heb opgestoken? Dat ze mij wezen op mijn fouten, op de punten die ik kon verbeteren. Dat heb ik overgenomen toen ik zelf trainer werd.’ Toen Mat Keereweer hele weekenden sportvelden afstruinde en wedstrijden bekeek, kon hij bij de ‘jonkies’ al zien wie het in zich had later een goede doelman te worden.

‘Octopus’, luidde de bijnaam van de geblokte Mat Keereweer. Knal maar uit alle standen, het maakt niet uit, Keereweer keerde het leer.

‘Ik lette erop hoe balvast en vangvast ze waren. Konden ze goed en al gericht uitschieten? Ga niet lachen: ook of ze al iets uitstraalden, een persoonlijkheidje hadden.’ Als eigen sterke eigenschappen noemt Keereweer:  ‘Mijn coaching en mijn uittrappen tot in de zestien van de tegenstander. Daar kwamen vaak doelpunten uit voort. Dat waren dropkicks die je tegenwoordig bijna niet meer ziet.’

Dat tikkie-tikkie-takkíe-takkie van tegenwoordig en weer breed leggen, hij kan het niet aanzien. Hij glimlacht. Wat is er? ‘Ik zit aan het woord lijnkeeper te denken. Dat is een keeper die niet uit durft te lopen. Hahaha.’

Een opstelling van groot naar klein. Mat Keereweer staat van de spelers helemaal rechts. Hij zal de bal in het spel brengen. Max bewonderde keeper Frans de Munck. Een stoere goalie met de uitstraling van een filmster. Frans droeg altijd een grijze trui met een V. De buurvrouw breide zo’n trui voor de talentvolle doelman en veraste hem daarmee met Sinterklaas.

Buurtelftal

Van zijn 10e tot zijn 32ste heeft Keereweer op doel gestaan. Bij een en dezelfde club, Roodenburg. Op zijn 44ste moest hij als trainer van Leidsche Boys van de nood een deugd maken. ‘De selectie was zo smal, een mannetje of dertien. De eerste keeper moest wegens een ernstige blessure afhaken, een tweede man was er niet, dus ik ging tussen de palen, een half seizoen combineerde ik twee taken. Met plezier.’ Toen kleine Mat op zijn 10de , aangemoedigd door oom Koos, kennismaakte met het spelletje, begon hij als veldspeler. Mat had al snel door gelukkiger te zijn als doelman.

Met voorsprong de meest bijzondere foto uit de albums van Mat Keereweer. 1958. Een jeugdelftal van Roodenburg neemt deel aan een internationaal toernooi in het Duitse Bergisch Gladbach. De spelers betreden het stadion en geven duidelijk aan welk land ze vertegenwoordigen. Mat mag het schild dragen, naast staat Ruud Wiggers. De Leidenaren pakken de vierde plaats.

‘Ik was groter en steviger dan mijn vriendjes, een beetje de bouw van mijn moeder.’ De elf jochies uit de Louise de Colignystraat en Willemstraat hadden nog niks met VNA, Oranje Groen en Leidsche Boys, die aan het Zwarte Pad de velden bespeelden. Onderlinge partijtjes speelden ze, toernooitjes. Pas op hun twaalfde togen de jongens weer aan de hand van oom Koos Rijsdam naar Roodenburg, daar speelden de meeste vriendjes uit de buurt. Dat eerst de Leidse Hout en later Noord hun tweede huis zou worden, wisten ze natuurlijk niet. Op de eerste elftalfoto staan oom Koos, zijn zoontje Wim, Mat en de vriendjes van school en uit de buurt. In vlekkeloos tenue.

Een prachtig gekleurd wandkleed siert het appartement van Mat Keereweer. Hij voelt zich, aangemoedigd door zijn vriendin Yvette aangetrokken tot het gedachtengoed van Boeddah.

‘Hier zijn wij 9/10 jaar. We speelden nog niet bij Roodenburg, we waren te jong.’ Het bleef dus bij onderlinge partijtjes op het veld en in de straat (7 tegen 7). Dat laatste kon nog, auto’s waren er niet. Van wie de jongens de kleding hadden gekregen, weet Mat niet. Daar stond hij niet bij stil toen. Voetballen was hét vermaak voor de jeugd. Elk vrij moment werd er een balletje getrapt. Er was nog geen televisie, voor stripboeken had je geen geld. Internet, gamen, iPhone, uitvindingen die toen nog niet te vinden waren in de kraamkamers van de vooruitgang. Nee, andere afleidingen waren er niet. ‘De best denkbare leerschool was de straat,’ weet Mat. ‘Kapotte knieën, gat in je hoofd, je leerde incasseren, thuis een knal krijgen omdat je kleren weer gescheurd waren.’

Overzicht en inzicht

Op de kop af op 16 jarige leeftijd debuteerde Mat in het eerste elftal van Roodenburg. ‘Ik stond nog in A1, moest invallen omdat de keeper geblesseerd was.’ Hij voelde zich niet voor de leeuwen gegooid. Mat had zijn postuur mee, kon al terugkijken op de nodige kampioenschappen. Niet op zijn mondje gevallen dirigeerde hij al zijn defensie. Hij had overzicht en – belangrijker – inzicht. Hoeveel maal Keereweer in zijn voetballeven in de goal heeft gestaan? Hij haalt de schouders op, rommelt door tussen de foto’s, hij weet het niet. Niet belangrijk. Veel liever heeft hij het over mannen als Cor Pennenburg (‘Een schaver’), Piet Polanen en Sam den Os. Jongens die het team droegen, het voortouw namen, op sjouw gingen en oh zo bijdroegen aan de successen van Roodenburg.

‘Van de vierde naar de eerste klasse gingen we,’ klinkt het dan enigszins opgewonden. ‘Bekijk deze foto’s eens. Hoeveel publiek kwam op onze wedstrijden af? Duizenden.’ Dan klinkt het relativerend: ‘Voetbal was het enige uitje voor de mensen. Ze leefden van zondag naar zondag. Voetbal was het gesprek van de dag.’ In het begin van zijn loopbaan als keeper waren zijn ouders niet zo te porren naar hun zoon te komen kijken. Dat veranderde echter toen Mat steeds meer het onderwerp van voetbalgesprekken werd. ‘Vanaf dat moment kwamen pa en ma altijd kijken. Ze stapten gewoon in de bus naar de uitwedstrijden. Hahaha. Later heeft mijn vader nog kaartjes staan af te scheuren bij de ingang.’

Eigen aanpak

Er kwam vrij plotseling een einde aan de actieve loopbaan van Mat bij Roodenburg. Dat gebeurde in de jaren ’70 van de vorige eeuw. De club speelde in de eerste klasse en maakte in de nacompetitie kans op het algemeen amateurkampioenschap van Nederland. Dat is niet gelukt, op een haar na. Mat Keereweer: ‘In die tijd raakte ik geblesseerd en miste wedstrijden om de landstitel. Bij de voorbereiding op het nieuwe seizoen vertelde de trainer dat ik op de bank moest beginnen. De reservedoelman, Peter Boom, die het goed gedaan had, werd de eerste keus.’

Seizoen 1972-1973. Roodenburg wordt districtskampioen 1ste klasse en speelt nacompetitie om het amateurkampioenschap van Nederland. Staand vlnr: Jan van Wezel (elftalleider), Rob Brittijn, Hans Tisseur, Sam den Os, Cor Pennenburg, Mat Keereweer, Maarten van Kooperen, Hans Hannaart, Rinus Smits (trainer/verzorger); gehurkt vlnr: Ad de Groot, Peter Ciere, Cees de Roode, ReinierVerkuylen, Hennie de Klerk, Peer Boom, Isaac Klinkhamer. Uitsluitend voor deze foto draagt Mat een voetbalshirt en niet zijn keeperskleding. Door een blessure werd Mat vervangen door Peter Boom (keeper van het 3e). Tijdens de nacompetitie om het Nederlands kampioenschap zondagamateurs verdedigde Mat drie van de vijf wedstrijden.

Keereweer begreep daar niets van. Zwaar teleurgesteld gooide hij de handdoek en vertrok. Wat had hij dan gewild? ‘Als je terugkomt van een zware blessure, de revalidatie zelf ter hand hebt genomen en weer fit bent, wil je daarvoor toch beloond worden en opgesteld worden. Nee, meneertje, ik met mijn staat van dienst kon achter aansluiten.’

De veel te vroeg overleden Piet Boot, vader van Peter, initiatiefnemer en sponsor van het De Sleutels-toernooi om de Piet Boot Bokaal, met trainer Mat Keereweer en voormalig legendarische doelman van Roodenburg. Op de achtergrond oud-speler en sponsor van De Sleutels Harry Pen. In totaal waren er 30 edities om deze felbegeerde beker.

Later als trainer gebruikte hij deze ervaring als blauwdrukproef. ‘Als een goeie jongen terugkwam van een blessure, stelde ik hem weer op en ging zijn vervanger weer naar de bank. Ik legde mijn beslissing vooraf uit, ze begrepen het en gingen akkoord. Wanneer de terugkeer na een paar wedstrijden niet bleek te werken, draaide ik de rollen weer terug. Daar was begrip voor.’ De Merenwijker heeft geen hard feelings meer, het is allemaal zo lang geleden.

De Sleutels – seizoen 1984-1985. Trainer Mat Keereweer staan uiterst rechts.

Als trainer heeft de Leidenaar ook zijn sporen verdiend. Hij was een seizoen actief bij VWS (Van Wijk Sport), waar Jan Duivesteijn en Huug Kok van zich deden spreken; vier jaar bij De Sleutels, waar Bram Lepelaar en Dick Barnhoorn als doelmannen opvielen; vier jaar Stompwijkse Boys; twee jaar MMO; weer De Sleutels (twee jaar); twee jaar Unitas en afsluitend twee jaar jeugdtrainer bij vv Leiden.

Het vlaggenschip van De Sleutels – seizoen 1983-1984. Staand vlnr: Bert van Wetten (verzorger), Piet Swagers, Sjaak van Steenbergen, Ton Soudan, Frans Sjardijn, Hans van Eijgen, Peter Boot, John Limon, Roel Minnes, Mat Keereweer (trainer), Arie Herreur (leider); zittend vlnr: Eli Vogelenzanger (coördinator), Sjaak Bavelaar, Bram Lepelaar, Henk Leek, Danny Minnema, Robby Solleveld, Jan v/d Berg, Joop de Boer, Rien van Huis (grensrechter).

‘Ik behaalde mijn trainers D-diploma bij Leo Halkes van UVS, de cursus werd ook bij UVS gegeven. Arie Lagendijk en ik gingen tegelijk op voor het examen. Arie is heel ver gekomen, ik hield het op D. Met de kennis van nu had ik het anders gegaan.’ Daarmee bedoelt Keereweer dat hij beschikte over de ‘X-factor’, iets ondefinieerbaars, maar oh zo belangrijk bij het werk van een trainer. ‘Weet je, Cees, bij elke club waar ik gewerkt heb, ben ik nog van harte welkom, ook in de bestuurskamer. Ik lag goed bij besturen en spelers. Er waren trainers die na een wedstrijd of training meteen naar huis gingen. Dat deed ik niet. Ik bleef nog praten met iedereen, nam een biertje. Wanneer je zo ontspannen omgaat met elkaar, werkt dat door in de prestaties.’ Eigen aanpak? Mat Keereweer knikt.

Door in de laatste wedstrijd van het seizoen te winnen van Lugdunum werd Roodenburg kampioen West 2e klasse KNVB. Staand vlnr: Henny Chouffour (leider), Coert Goede (grensrechter), Bert de Jong, Henny Hensen, Mat Keereweer Hennie de Klerk, Izak van Weerlee, André Ooyendijk,  ‘meneer’ Henk Vos (trainer), Cees van Leeuwen (geblesseerd); gehurkt vlnr: Martin v/d Broek, Sam den Os, Aad Heijmans, Maarten Vos, Eelke de Jong.

KV Oostende, LFC, UVS

Een doelman met de kwaliteiten van Mat Keereweer wil iedere vereniging graag inlijven. Ondanks zijn blauw/zwarte hart heeft hij op het punt gestaan zich in andere kleuren te hijsen. Het is er – gelukkig voor iedere voetballiefhebber in Leiden en omstreken – niet van gekomen. Een delegatie uit België had op de tribune plaatsgenomen. Mat wist dat niet. Er werd hem later een aanbod gedaan om bij KV Oostende te komen waken tussen de palen. Het contract hadden de heren al bij zich, Mat hoefde alleen maar te tekenen. Hij vroeg 48 uur bedenktijd, overlegde met zijn vrouw en bedankte de Vlamingen voor hun interesse, maar het antwoord werd nee. Het gezin en de club wonnen het van de financieel aanlokkelijke aanbieding.

Bij veel zon droeg Mat Keereweer een pet. Bij hevige regenbuien zette hij dit hoofddeksel ook op en droeg hij gebreide wollen handschoenen. Deze foto is uit de wedstrijd Roodenburg-HBS. Het werd 90 minuten een modderballet, met slechts één variatie, de 1-0 voor Mat en zijn makkers.

‘Ik  had toen ook een goede baan als ambtenaar, in de buitendienst van de gemeente Oegstgeest. Zo’n zekerheid geef je niet snel op.’ Ook van LFC-zijde werd aan hem getrokken. De Kanaries stelden ‘een leuk zakcentje’ in het vooruitzicht. Hier greep pa Keereweer in. ‘Jij gaat niet naar de Boshuizerkade, Mat,’ sprak vader. Mat gehoorzaamde. Ook werd Keereweer uitgenodigd te komen praten met voorzitter Wondergem van UVS. ‘Dat was nog aan de Wassenaarseweg,’ herinnert hij zich. ‘UVS speelde betaald voetbal en mocht dus officieel zijn spelers betalen. Ik heb de heer Wondergem aangehoord, maar toch bedankt voor de uitnodiging. Wat ik kon verdienen voor een training, voor een gewonnen wedstrijd, gelijkspel of verlies, vond ik dik onvoldoende. Maar eerlijk is eerlijk, ik was vereerd, UVS is toch een club.’

Peter Boom, keeper van het 3de elftal, viel in voor de geblesseerde Mat Keereweer, toen er gestreden werd om het landskampioenschap. Boom vestigde zich in het Duitse Mönchengladbach en werd een veelgevraagde schlagerzanger. Mat draait nog weleens een plaatje waarop Boom prettig in het gehoor liggende liedjes zingt. Komt Peter naar de mini-reünie eind maart/begin april?

Roodenburg betaalde zijn held ook. Dan onthult Mat dat toen hij in militaire dienst was, hij elke twee weken naar huis mocht. Met een gratis treinkaartje reisde hij af naar Leiden, op tijd om zijn wedstrijd te spelen. Dat betekende dat hij om de week een vervanger moest vinden om voor hem de wacht te lopen. ‘Jongens waren wel bereid mijn wachie over te nemen. Niet gratis. Ik gaf ze dan een tientje en Roodenburg betaalde mij dat terug, met de reiskosten.’

Het is prettig praten aan tafel met de gelauwerde Mat Keereweer: ‘Met het Leidse elftal speelden wij 30 april tegen de politie of het Nederlands Militair Elftal. Op 29 april werd onze dochter Annemieke geboren. Mijn vrouw vond het beter dat ik een dag later niet zou voetballen. Ik ging toch. Niet iedereen was daar blij mee.’

De boomlange Keereweer kijkt met veel plezier terug op zijn sportleven en op alles wat hij bij de club heeft meegemaakt en vergeet de vriendschappen-voor-het-leven niet. Dat pakken ze hem niet meer af. Graag, heel graag zou hij zich op donderdagmorgen aansluiten bij zijn ouwe gabbers, de wandelvoetballers, maar zelfs het slow-motion-voetbal gaat niet meer. ‘Mijn knieën, hè, zijn niet best meer, her en der heb ik last van artrose.’

Mat Keereweer droeg bij uitzondering handschoenen of gebreide wollen handschoenen. Hij voelde zich het beste met blote handen. ‘Handen? Zeg maar kolenschoppen,’ lacht hij.

Mat Keereweer klaagt niet, blij als hij is nog te kunnen fietsen. Zelfs op en neer naar Sassenheim, naar zijn vriendin. ‘Ik volg het voetbal op de voet, ook via LeidenAmateurVoetbal.’ Hij maakt er na drie uur zelf een slotje van het interview van. Mat kiest zijn woorden zorgvuldig: ‘Wat heeft Roodenburg de afgelopen bijna 100 jaar veel grootheden voortgebracht.’ Dat hijzelf tot de legendes behoort, wil hij niet geloven. Bescheidenheid?

Toen Mat Keereweer afscheid als trainer van Leidsche Boys nam, kreeg hij dit prachtige schilderij aangeboden. Speciaal voor hem gemaakt. ‘Het was een warme club, Leidsche Boys,’ zegt hij.

Foto’s en knipsels: Collectie Mat Keereweer, Dick Barnhoorn

Actuele foto’s: Hennie Kanbier

Scans: Elly Bavelaar

Met dank aan Jan Lovink

Tijdens zijn diensttijd belandde Mat Keereweer met geelzucht in het militair hospitaal Oog en Al. Een afvaardiging van Roodenburg kwam een fruitmand brengen. Vlnr: Henk Uiterdijk (secretaris), Jan van Heek (‘Hij had een dodelijk schot in de benen’) en elftalleider Henny Chouffour.
De selectie van Leidsche Boys, 1985-1986. Mat Keereweer staat 2e van links.
De eerste foto van voetballertje Mat Keereweer (staand, uiterst links). Hij is een jaar of 10. Oom Koos Rijsdam (achter Mat) had het elftalletje bij elkaar gebracht. Wim, de zoon van Koos, staat tweede van links. Het keepertje heet Dicky Devilee.
Februari 1974. Spelochtend bij Roodenburg. Pupillen knallen erop los om de Penalty Bokaal. Het ventje dat trots de glimmende beker in ontvangst neemt, is Hennie Koet. Ron Halvemaan: ,,Ik weet nog de penaltybokaal tijdens de winter. Iedere week knallen op Mat. Zelf éénmaal 3x achter elkaar raak. Toen mocht ik van Mat nog een keer, die ging helaas op de lat….”
Seizoen 1954-1955. De Roodenburg-aspiranten A1 worden ongeslagen kampioen.
Seizoen 1955-1956. De Roodenburg-junioren A1 worden kampioen.
In de tijd dat Mat Keereweer triomfen vierde, stonden keepers in eenvoudige kleding onder de lat. Dat veranderde en de doelmannen kwamen steeds meer helemaal in geel, blauw, groen en zelfs in het roze tussen de palen. Keereweer droeg op het laatst dit shirt. ‘Maar geen gele broek,’ roept hij. ‘Daarmee sta je voor gek, als vent.’
In 1973 werd Roodenburg kampioen van de 1ste De spelers verzamelden in een café aan de Lage Rijndijk. Accordeonist Henny Chouffour, leider van Roodenburg 1, ging voor in de polonaise naar Noord. ‘Mensen kwamen naar buiten,’ weet Mat Keereweer nog. ‘En wij gingen via voordeuren naar en achterdeuren naar buiten. Zoiets vergeet je niet, een unieke ervaring.’

 

3 REACTIES

  1. Mat zeker de beste kieper waar ik mee gespeeld heb
    Als hij los riep moest je echt niet meer omhoog gaan
    Bespeelde zeker het hele strafschop gebied
    Haalde met één hand de ballen uit de lucht
    Hij was de beste in zijn tijd veruit

  2. Wederom weer een prachtig verhaal uit de pen van Cees. Heerlijk om deze verhalen uit de oude doos, via LAV terug te lezen. Met Mat Keereweer, hebben wij met De Sleutels aan De Vliet, prachtige tijden mee gemaakt. Kampioenschappen, met als hoogtepunt het algeheel zaterdagkampioenschap van Nederland voor kampioenen van de afdelingen. In die tijd had je dit nog o.a. de afdeling Leiden. Ik heb Mat, meegemaakt als keeper bij de selectie veel van deze topper toen op gestoken. En later heb ik Mat, mee gemaakt als trainer, in mijn functie als voorzitter. Veel later kwam Mat, met regelmaat de wedstrijden bezoeken van de zaterdag 1e klasser GHC. Waarbij ik Mat, graag uitnodigde als gast in het sponsorhome van GHC. Ook kwam Mat, steevast als trouw bezoeker langs bij het maandelijkse [vrijdag] sportcafé. Fijne tijden met elkaar mee gemaakt.

Reacties zijn gesloten.

Must Read